3.12.5
Instelling van de besturing
De instelling van de stuuras moet na het aankoppelen en dagelijks voor werkbegin worden gecontroleerd en
eventueel gecorrigeerd. Daartoe handelt u als volgt:
1. De tractor door rechtuit te rijden op een rechte, vlakke ondergrond plaatsen.
2. De kogelkranen zoals in afbeelding: Instelling 1e-3e as pos. 1 afgebeeld omstellen en de tractor zo lang
verder naar voren rijden, totdat de aanhanger achter de tractor recht in de rijrichting staat.
3. De kogelkranen zoals in afbeelding: Instelling 1e-3e as pos. 1 afgebeeld omstellen en de druk in beide
circuits tegelijk op 70 bar instellen.
4. De kogelkranen zoals in afbeelding: Instelling 1e-3e as pos. 2.2 afgebeeld omstellen, zodat de
dwangbesturing actief is.
3.12.6
Besturingsvarianten
De dwanggestuurde aanhanger kan ook naloopgestuurd of met geblokkeerde as worden voortbewogen. De
benodigde maatregelen worden hiernavolgend beschreven:
Uitvoering met 2 assen:
2e as gestuurd
Afb.: Instelling 2e as
Uitvoering met 3 assen:
1e as gestuurd
Afb.: Instelling 1e as
- 67 -
Inbedrijfstelling en werking
Werking:
3e as gestuurd
Afb.: Instelling 3e as
201803 nl