5.8
Assen
Assen mogen nooit overbelast worden!
Geen onreglementaire overbelasting van de wagen door overschrijden van het toegestane totaalgewicht.
Geen overschrijding van de toegestane snelheid.
Geen eenzijdige overbelasting door verkeerd laden, c.q. rijden over stoepkanten, e.d.
Geen montage van niet toegelaten wielen.
Om de bedrijfsveiligheid te bewaren moet de instelling van de wielremmen regelmatig gecontroleerd worden.
Zie daarvoor aanwijzingen bij [Persluchtrem].
Alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de assen en de reminrichting mogen alleen door
vakwerkplaatsen of door gemachtigd vakpersoneel uitgevoerd worden.
Bij werkzaamheden aan de assen dient ervoor te worden gezorgd dat de wagen veilig is neergezet en tegen
wegrollen beveiligd (blokken gebruiken).
5.8.1
Onderhoud
De onderhoudsintervallen staan in het algemene onderhoudsplan (hoofdstuk "Verzorging en onderhoud",
paragraaf "Onderhoudsplan").
De smeerintervallen moeten volgens het smeerplan worden uitgevoerd. (zie het hoofdstuk "Verzorging en
onderhoud", paragraaf "Smering")
Het onderhoud van de assen en remmen mag uitsluitend door daartoe gemachtigde
vakwerkplaatsen worden uitgevoerd.
5.8.2
Wielnaaflagerspeling instellen
Voor het controleren van de wielnaaflagerspeling moet als volgt te werk worden gegaan:
As optillen totdat de banden vrij zijn.
Rem loszetten.
Lagerspeling controleren.
Bij voelbare lagerspeling moet als volgt te werk worden gegaan:
Naafdop verwijderen.
Splitpen uit de asmoer verwijderen.
Asmoer met gelijktijdig draaien van het wiel rechtsom aanhalen, tot de loop van de wielnaaf iets wordt
geremd.
Asmoer naar het eerst mogelijke splitpengat terugdraaien. Bij gelijkvormigheid tot het volgende gat
terugdraaien.
Nieuwe veiligheidssplitpen plaatsen.
Naafdop met wat vet bijvullen en op de wielnaaf monteren.
Wiel controleren op gemakkelijk lopen en lagerspeling.
Het onderhoud van de assen en remmen mag uitsluitend door daartoe gemachtigde
vakwerkplaatsen worden uitgevoerd.
- 121 -
Verzorging en onderhoud
201803 nl