Verzorging en onderhoud
5.3.1.2
Na 20 vrachten (dagelijks)
Volgens smeerplan afsmeren
Werking van verlichting controleren
Werking van reminrichting controleren
Transportbodemspanning controleren; evt. bijstellen c.q. ketting inkorten
Kettingspanning strooiwerkaandrijving / doseeraggregaataandrijving controleren
Rollenketting (indien aanwezig) smeren
Persluchtreservoir ontwateren
Controle van de volgende machinedelen op schade en gebreken via een visuele controle uitvoeren, hierbij
o.a.
- smeerleidingen controleren
- drijfwerk controleren
- kruiskoppelingen controleren
- strooiwerk / doseeraggregaat controelren
Gebreken moeten direct verholpen worden.
Na 100 ladingen
Alle werkzaamheden uitvoeren zoals onder "Alle 20 ladingen".
Reminstelling controleren, evt. corrigeren.
Toestand van de doseerwalslagers (indien aanwezig) controleren.
Toestand en bevestiging van de transportbodemlijsten controleren.
Indien nodig, slijtplaten of andere slijtonderdelen vervangen.
Iedere 500 ladingen:
Alle werkzaamheden uitvoeren zoals onder "Alle 100 ladingen".
Reminstelling controleren en evt. corrigeren.
Alle kabels op beschadiging controleren.
Remvoeringdikte controleren. Bij een minimale restvoeringdikte van 5 mm (geklonken voeringen) resp. 2 mm
(gelijmde voeringen) moeten de voeringen worden vervangen.
Wielnaaflagerspeling controleren.
Trekoog op slijtage en bevestiging controleren.
Alle lagerplaatsen controleren.
Controleren of alle schroefverbindingen goed vastzitten.
Machine op scheuren controleren.
Dichtheid van de reminrichting controleren.
Iedere 1000 ladingen (minstens jaarlijks):
Vet van de wielnaaflagering wisselen en daarbij de kegellagers op slijtage controleren.
201803 nl
- 116 -