Inhoudsopgave
Advertenties
Parameterlijst
Bedrijfsstand, gewenst
Bedrijfsstand, actueel
MODE_BLK/
TARGET_MODE
56
EB 8382-2 NL
Bedrijfsstand van de klepstandsteller
tot firmware versie K 1.20: OS, AUTO
vanaf firmware versie K 1.30: OS, LO, MAN, AUTO
Bedrijfsstand klepstandsteller:
Automatic (AUTO):
In deze bedrijfsstand volgt de klepstandsteller de via parameter SP (w) cyclisch of
acyclisch ingestelde setpoint in de via PV_SCALE (bereik gewenste waarde) ing-
estelde schaal en eenheid.
Manual (MAN):
In deze bedrijfsstand volgt de klepstandsteller ook de via parameter SP (w) cyclisch
of acyclisch ingestelde setpoint in de via PV_SCALE (bereik gewenste waarde) ing-
estelde schaal en eenheid.
De parameter INCREASE_CLOSE (bewegingsrichting) wordt echter niet verwerkt. De
communicatiebewaking (FSAVE_TIME, _TYPE, _VALUE) wordt ook niet bewerkt.
Local Override (LO): In deze bedrijfsstand volgt de klepstandsteller het via de para-
meter OUT (stelwaarde) acyclisch ingestelde setpoint in de via OUT_SCALE
(slag-/draaihoekbereik) ingestelde schaal en eenheid (mm of graden). Deze waarde
komt bij een uitgeschakelde karakteristiek overeen met de werkelijke ventielstand in
mm resp. graden.
De parameter INCREASE_CLOSE (bewegingsrichting) wordt echter niet verwerkt. De
communicatiebewaking (FSAVE_TIME, _TYPE, _VALUE) wordt ook niet bewerkt.
Out of service (OS):
Bedrijfsstand veiligheidspositie, ventiel wordt in de mechanisch ingestelde veilig-
heidspositie gebracht.
Remote Cascade (RCas):
In deze bedrijfsstand volgt de klepstandsteller de via parameter RCAS_IN (w-rcas)
cyclisch of acyclisch ingestelde setpoint in de via PV_SCALE (bereik gewenste
waarde) ingestelde schaal en eenheid.
Bedrijfsstand bij starten instrument (warme start)
De reactie van de klepstandssteller na een warme start wordt bepaald door de para-
meter FSAVE_TYPE (veiligheidsactie).
Wanneer FSAVE_TYPE op "regelen op veiligheidswaarde staat", dan gaat het instru-
ment naar Automatik en naar de met FSAVE_VALUE (veiligheidswaarde) ingestelde
waarde.
Wanneer FSAVE_TYPE op "regelen op laatste setpoint" of "door veerkracht gegeven
veiligheidspositie" staat, dan blijft het instrument in de veiligheidspositie. Zodra een
geldig setpoint SP naar het instrument wordt overgedragen, gaat de bedrijfsstand
over naar Automatik.
Wanneer de status van het overgedragen setpoint "slecht" (waarde 64) is of wan-
neer het instrument nog niet succesvol is geinitialiseerd, dan blijft deze in de veilig-
heidspositie (Out of Service).
Advertenties
Inhoudsopgave
