AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
Parkeren van de auto
Als de auto stilstaat, houdt u het rempe-
daal ingedrukt en zet u de selecteurhendel
in stand P (parkeren): de versnellingsbak
staat in neutraal en de voorwielen zijn me-
chanisch geblokkeerd.
Zet de parkeerrem vast of, afhankelijk
van de auto, controleer of de automati-
sche parkeerrem vastgezet is.
Bij het manoeuvreren kan de
auto aan de onderkant ergens
tegenaan rijden (bijvoorbeeld:
contact met een paaltje, een
trottoir of ander stadsmeubilair) en daar-
door schade oplopen (bijvoorbeeld: ver-
vorming van een as enz.).
Om ieder risico van een ongeluk te voor-
komen, moet u uw auto door een merk-
dealer laten controleren.
(3/3)
Onderhoudsintervallen
Raadpleeg het onderhoudsdocument voor
uw auto of een geautoriseerde dealer om na
te gaan of periodiek onderhoud noodzakelijk
is voor de automatische transmissie.
Als de transmissie geen onderhoud nodig
heeft, hoeft geen olie te worden bijgevuld.
Bij een storing
– als tijdens het rijden de boodschap
"transmissie controleren" verschijnt, in
combinatie met het oplichten van het
lampje op het instrumentenpaneel, dan
geeft dit een storing aan.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een
merkdealer;
– als tijdens het rijden het bericht "ver-
snellingsbak te heet" op het instrumen-
tenpaneel verschijnt, stop dan zo snel
mogelijk om de versnellingsbak te laten
afkoelen en totdat het bericht verdwenen
is.
– slepen van een auto met een automa-
tische transmissie: raadpleeg de para-
graaf "slepen" in hoofdstuk 5.
Om veiligheidsredenen mag u
nooit het contact uitzetten voor-
dat de auto compleet stilstaat.
2
4
Indien voor het wegrijden de hendel niet
uit P kan worden verplaatst als u het rempe-
daal indrukt, dan kunt u de hendel als volgt
met de hand vrijzetten. Maak daarvoor het
klepje 4 los, steek een gereedschap (met
een onbuigzame stang) in het gat en druk
tegelijkertijd op de knop 2 om de hendel te
ontgrendelen.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
2.95