BRANDSTOFTANK
(2/3)
De tankdop is van een speci-
aal type.
Vraag naar ditzelfde type als u
een andere dop koopt. Ga naar
een merkdealer.
Rook niet tijdens het tanken en ontsteek
geen open vuur in de nabijheid van de
brandstoftank of de tankdop.
Maak de omgeving van het vulsysteem
niet schoon met een hogedrukreiniger.
Tanken van brandstof
Wanneer het contact uit is, steekt u het vul-
pistool zo ver mogelijk naar binnen voordat
u met tanken begint (spatgevaar).
Houd tijdens het tanken het vulpistool in
deze stand tot u klaar bent met tanken.
Als het vulpistool automatisch is afgeslagen,
mag u het nog maximaal twee keer gebrui-
ken, om voldoende ruimte in de tank over te
houden voor het uitzetten van de brandstof.
Let op dat bij het tanken geen water bij de
brandstof komt. Het klepje A en zijn omge-
ving moeten schoon blijven.
Benzinemotor
Gebruik van dieselbrandstof brengt schade
toe aan de katalysator en wordt niet door de
fabrieksgarantie gedekt.
Om te voorkomen dat er abusievelijk die-
selbrandstof wordt getankt, heeft de vulhals
een nauwe doorlaat met een veiligheidssys-
teem waarin alleen een vulpistool voor
benzine past.
Brandstofsoorten die voldoen aan de
Europese normen die ook gelden voor
de motoren van auto's die in Europa zijn
verkocht: zie "Motorgegevens" in hoofd-
stuk 6.
Auto uitgerust met de functie Stop
and Start
Voordat brandstof wordt getankt, moet
de motor worden afgezet (en niet op
stand-by worden gezet): zet de motor af
(raadpleeg de paragraaf "Starten, stop-
pen van de motor" in hoofdstuk 2).
1.99