Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Deactivering

Schakel het stop-startsysteem manu‐
eel uit door op de eco-knop te druk‐
ken. De uitschakeling wordt aange‐
duid wanneer de led in de knop uit
gaat.
Autostop
Als de auto langzaam rijdt of stilstaat,
activeer dan een Autostop zoals hier‐
onder beschreven:
● Bedien het koppelingspedaal
● Zet de hendel in de neutraalstand
● Laat het koppelingspedaal los
De motor wordt afgezet terwijl het
contact ingeschakeld blijft.
Een Autostop wordt aangegeven
door de naald op de AUTOSTOP-
positie in de toerenteller.
Tijdens een Autostop blijven de
verwarming en remmen normaal
werken.
Voorzichtig
Tijdens een Autostop kan de
stuurbekrachtiging verminderd
werken.
Rijden en bediening
Voorwaarden voor een Autostop
Het stop-startsysteem controleert of
aan elk van de volgende voorwaar‐
den is voldaan:
● Het stop-startsysteem is niet
manueel uitgeschakeld
● de motorkap is volledig gesloten
● het bestuurdersportier is geslo‐
ten of de veiligheidsgordel van de
bestuurder is vastgemaakt
● de accu is voldoende opgeladen
en in goede staat
● de motor is opgewarmd
● de koelvloeistoftemperatuur is
niet te hoog
● de temperatuur van de uitlaat‐
gassen is niet te hoog, bijv. nadat
u met hoge motorbelasting heeft
gereden
● de omgevingstemperatuur is
meer dan -5 °C
● de klimaatregeling laat een Auto‐
stop toe
● het remvacuüm is voldoende
165

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave