VOORKOMEN VAN BRAND
Controleren op olielekkages:
•
Lekkages van brandstof, hydraulische olie en
smeermiddelen kunnen leiden tot brand.
• Controleer op lekkages, die worden veroorzaakt door
ontbrekende of loszittende klemmen, geknikte
slangen, leidingen of slangen die tegen elkaar aan
schuren, schade aan de oliekoeler en losse
flensbouten van de oliekoeler.
• Ontbrekende, loszittende of beschadigde klemmen,
leidingen, slangen, de oliekoeler en flensbouten van
de oliekoeler moeten aangedraaid, gerepareerd of
vervangen worden.
• Stoot niet tegen hogedrukleidingen en verbuig deze
niet.
• Installeer nooit verbogen of beschadigde leidingen,
pijpen of slangen.
Controleer op kortsluiting:
•
Kortsluiting kan brand veroorzaken.
• Maak alle elektrische verbindingen schoon en draai
ze vast.
• Controleer voor elke ploegendienst of na acht (8) tot
tien (10) bedrijfsuren op loszittende, geknikte,
verharde of gerafelde elektrische kabels en draden.
• Voer voor elke dienst of na acht (8) tot tien (10)
werkuren een controle uit op ontbrekende of
beschadigde aansluitklemmen.
• WERK NOOIT MET DE MACHINE als er kabels of
draden loszitten, geknikt zijn, etc.
Opruimen van brandbare producten:
•
Gemorste brandstof en olie, vuil, smeervet, afval,
opgehoopt koolstof en andere brandbare producten
kunnen brand veroorzaken.
• Voorkom brand door de machine dagelijks te
inspecteren en schoon te maken en door gemorste of
opgehoopte brandbare producten onmiddellijk te
verwijderen.
Controleren van het contactslot:
•
Als brand uitbreekt en de motor kan niet worden
gestopt, kan de brand escaleren, waardoor het
bestrijden van de brand bemoeilijkt wordt.
Controleer de werking van het contactslot iedere dag
voordat u gaat werken met de machine:
1. Start de motor en laat deze langzaam stationair
draaien.
2. Draai de contactsleutel in de UIT stand en controleer
of de motor stopt.
• Afwijkingen moeten eerst worden gerepareerd,
voordat de machine weer mag worden gebruikt.
VEILIGHEID
V-20
SA-019