9.5
Onderhoud van het hydraulisch systeem
(1)
Algemeen
Voorafgaand aan het onderhoud moet u de veiligheidsinformatie in deze handleiding lezen en
begrijpen.
Het hydraulisch systeem dat voor uw machine wordt gebruikt, is gekozen vanwege zijn effectiviteit
en de weerstand tegen klimaat- en bedrijfsomstandigheden.
Het systeem moet met de juiste hydraulische vloeistof bijgevuld worden. Het systeem moet
regelmatig worden gecontroleerd.
Het filterelement moet vervangen worden wanneer de bedrijfstemperatuur op rood staat.
Het systeem moet op lekkages worden gecontroleerd. De hydraulische olie moet na 1500
bedrijfsuren en vervolgens om de 500 bedrijfsuren geanalyseerd en zo nodig vervangen worden.
(2)
Hydraulische vloeistoffen
Voorafgaand aan het onderhoud moet u de veiligheidsinformatie in deze handleiding lezen en
begrijpen.
De hydraulische vloeistof speelt een belangrijke rol in een hydraulisch systeem. De vloeistof heeft
twee hoofdfuncties.
• Vermogensoverdracht
• Smering van bewegende delen
Voor de vermogensoverdracht moet de vloeistof goed stromen en zo min mogelijk samendrukbaar
zijn. Bij de meeste hydraulische onderdelen, zorgt de vloeistof alleen voor interne smering. Voor
een lang productleven is hydraulische vloeistof verkrijgbaar met additieven die zeer bestendig zijn
tegen slijtage. Deze vloeistof staat bekend als slijtagebestendige hydraulische olie en wordt voor uw
machine aangeraden. In de meeste gevallen is de vloeistof de enige aanwezige olieafdichting. Er
zijn bijvoorbeeld geen afdichtringen tussen de spoel en de richtingsklep. Aangezien de afdichtende
kenmerken van de vloeistof afhangen van de viscositeit, is het belangrijk dat er olie wordt gekozen
die in staat is om de minimale viscositeitswijziging bij een groot aantal bedrijfstemperaturen te
handhaven.
Enkele negatieve gevolgen van een onjuiste viscositeit zijn:
• Hoger brandstofverbruik
• Hoge olietemperatuur
• Luchtbellen in de olie
• Groter drukverlies
• Overmatige slijtage of zelfs stilstand bij zware belasting
• Slecht presterende pomp.
Behalve de eerder aangegeven kwaliteiten, moet de gekozen vloeistof ook de volgende
eigenschappen hebben:
• Verrotting voorkomen
• Schuimvorming afremmen
• De vorming van bezinksel, gom en lak voorkomen
• De eigen stabiliteit handhaven, met als gevolg minder vloeistofvervanging.
• Corrosie en putvorming voorkomen.
Handleiding
883
n WAARSCHUWING
n WAARSCHUWING
Herziene versie 1.0
Onderhoud 9
1 maart 2013
Blz. 9-21