7 Standaardbedrijfsprocedures
2.
Om de afstandsbediening aan te zetten, drukt u op de startknop (item 1, raadpleeg Figuur
7.32).
3.
Druk op de knop (item 7, raadpleeg Figuur 7.32) aan de zijkant van de afstandsbediening.
» Dit activeert een vertraging van 7 seconden waarin een sirene en een flitslicht worden geactiveerd
voordat kan worden bewogen.
4.
Druk op de knoppen voor links, rechts, vooruit en achteruit om de rupsbanden te bewegen
(items 4 en 6, raadpleeg Figuur 7.32).
5.
Stop de machine door op de knop te drukken (item 5, raadpleeg Figuur 7.32).
» Dit functioneert alleen als de afstandsbediening binnen het bereik van de ontvanger is. En als de
batterij van de afstandsbediening leeg is, blijft de motor draaien.
6.
Druk op de rode knop bovenaan op de afstandsbediening om hem uit te schakelen (item 2,
raadpleeg Figuur 7.32).
» Hiermee wordt de machine niet uitgeschakeld.
3
1
Rupsband 1
2
Rupsband 2
3
Vooruit
4
Achteruit
1 maart 2013
Blz. 7-28
1
Figure 7.34 - Machine-instellingen
2
1
Figure 7.35 - Rupsbanden en richtingen
Herziene versie 1.0
2
4
Handleiding
883