7 Standaardbedrijfsprocedures
2.
Voor activering van de bedrade afstandsbediening (item 1, raadpleeg Figuur 7.27) sluit u de
afstandsbediening aan op de machine via het contact (item 1, raadpleeg: Figuur 7.26) aan
de achterkant van de machine.
3.
De afstandsbediening heeft 2 instellingen, AUX en TRACK, die door de tuimelschakelaar
worden bediend (item 3, raadpleeg Figuur 7.27). AUX zet de machine in neutrale positie
gereed voor zeefwerk. TRACK bereidt de machine voor op het bedienen van de rupsbanden
(dit zal een waarschuwingssirene en een flitslicht activeren).
4.
Druk op de knoppen voor links, rechts, vooruit en achteruit om de rupsbanden te bewegen
(items 2 en 5, raadpleeg Figuur 7.27, zie ook de volgende pagina).
5.
Een motornoodstopknop (item 4, raadpleeg Figuur 7.27) bevindt zich op de afstandsbediening.
Druk op deze knop om het vermogen uit te schakelen.
1 maart 2013
Blz. 7-24
1
Figure 7.28 - Afstandsbediening en ontvanger van de rupsbanden
Figure 7.29 - Machine-instellingen
Herziene versie 1.0
1
2
Handleiding
883