Toegang
worden ingesteld in de app Instellingen >
Voertuig van het touchscreen.
Volledige ontgrendeling
De auto (portieren en bagageruimte) worden
ontgrendeld:
► Automatisch, als de bestuurder zone C nadert en
de automatische functies zijn geactiveerd.
► Of door zachtjes op de portiergreep van het
bestuurdersportier of de knop van de achterklep te
drukken.
De ontgrendeling en, afhankelijk van de
uitvoering, uitschakeling van het alarmsysteem
worden bevestigd door het knipperen van
de richtingaanwijzers en het branden van de
dagrijverlichting.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels uitgeklapt.
Als de elektronische sleutel langer dan 15
minuten in de buurt van de auto blijft (zones
A, B of C) zonder dat er iets wordt gedaan, dan
worden de automatische functies uitgeschakeld.
Gebruik de afstandsbediening of druk op de
handgreep van het bestuurdersportier om de
auto te ontgrendelen of te vergrendelen.
Als het niet lukt om de auto te vergrendelen of
ontgrendelen met de portierhandgrepen, houd de
elektronische sleutel dan dichterbij en herhaal de
handeling.
Selectieve ontgrendeling
Bestuurdersportier
34
Het werkt:
► Automatisch, wanneer de bestuurder het
bestuurdersportier nadert en de automatische
functies zijn geactiveerd.
► Of door zachtjes op de portiergreep van het
bestuurdersportier te drukken.
Het bestuurdersportier en de brandstofvulklep
worden ontgrendeld (Benzine, Diesel of hybride).
Het bestuurdersportier is ontgrendeld (Plug-in
hybride).
Het bestuurdersportier en het klepje van de
laadaansluiting worden ontgrendeld (Elektrisch).
► In de auto kunt u alle portieren en de achterklep
ontgrendelen met de toets van de centrale
ontgrendeling of door een van de portieren te
openen.
Selectieve ontgrendeling van de
achterklep
De achterklep wordt automatisch ontgrendeld als u
de achterkant van de auto nadert.
► Druk op de schakelaar van de achterklep om
deze te openen.
De portieren blijven vergrendeld.
De auto vergrendelen
Afhankelijk van de uitvoering kan het
geluidssignaal voor vergrendeling worden
ingesteld in de app Instellingen > Voertuig van het
touchscreen.
Normale vergrendeling
Met de portieren en de achterklep gesloten wordt de
auto vergrendeld:
► Automatisch, als de bestuurder zone B verlaat en
de automatische functies zijn geactiveerd.
► Of door zachtjes op de portiergreep van het
bestuurdersportier te drukken.
De vergrendeling wordt bevestigd door het branden
van de richtingaanwijzers en door een dubbel
geluidssignaal als de auto wordt vergrendeld
wanneer de bestuurder van de auto vandaan loopt.
De auto kan niet worden vergrendeld als de
elektronische sleutel in de auto is achtergebleven.
Supervergrendeling
Als de supervergrendeling is ingeschakeld,
werken de binnenportiergrepen niet. Ook
worden de toetsen van de centrale vergrendeling
in de auto uitgeschakeld.
De claxon blijft werken.
Schakel nooit de supervergrendeling in als er
zich iemand in de auto bevindt.