een warmere plaats staan en vul vervolgens het
reservoir bij.
Giet nooit AdBlue
in de tank voor diesel.
®
Als er AdBlue
op de carrosserie of op een
®
andere plaats is gemorst, spoel deze dan
onmiddellijk weg met koud water of veeg het weg
met een vochtige doek.
Gekristalliseerde vloeistof moet worden
verwijderd met een spons en warm water.
Belangrijk: als u AdBlue hebt bijgevuld
nadat het reservoir leeg is geraakt, dient
u ongeveer 5 minuten te wachten voordat u het
contact aanzet, zonder het bestuurdersportier
te openen, de auto te ontgrendelen en de
elektronische sleutel in het interieur te
houden.
Zet vervolgens het contact aan en start na 10
seconden wachten de motor.
► Druk op de toets "START/STOP" om de motor
af te zetten.
► Draai de blauwe dop van de AdBlue
linksom en verwijder de dop.
► Met een verpakking AdBlue
: controleer eerst
®
de uiterste houdbaarheidsdatum en lees daarna
zorgvuldig de instructies op het etiket voordat u de
inhoud van de verpakking in het AdBlue-reservoir
van de auto giet.
► Bij een AdBlue
-pomp: steek het vulpistool in de
®
vulpijp en blijf tanken totdat het vulpistool afslaat.
Om te voorkomen dat u het AdBlue
reservoir met te veel vloeistof vult:
– Vul 10 tot 13 liter bij met behulp van
AdBlue
-verpakkingen.
®
– Stop met bijvullen als het vulpistool voor het
eerst afslaat als u bij een tankstation tankt.
Het systeem kan alleen hoeveelheden van 5 liter
AdBlue
of meer bij tussentijds vullen registreren.
®
Als het AdBlue
-reservoir helemaal leeg is,
®
wat wordt bevestigd met de melding
"Vul AdBlue bij: Starten niet mogelijk", dan
moet u minimaal 10 liter bijvullen.
De bijvuldetectie is mogelijk niet meteen
zichtbaar na het toevoegen. Soms moet de
auto enkele minuten rijden voordat de getankte
hoeveelheid wordt gedetecteerd.
Vrijloop
In bepaalde situaties moet de auto in de
vrijloopstand worden gezet (bijvoorbeeld bij slepen,
-tank
op een testbank, in een automatische wasstraat
®
(wasstand), of bij transport per trein of over zee).
De procedure hiervoor is afhankelijk van het type
transmissie en parkeerrem.
Laat de auto nooit onbeheerd achter als
deze in de vrijloop staat.
Met handgeschakelde
versnellingsbak en elektrische
-
®
parkeerrem
/
Voor vrijgeven
► Zet de transmissie met draaiende motor en
ingetrapt rempedaal in de neutraalstand.
► Houd het rempedaal ingetrapt en zet het contact
uit.
► Laat het rempedaal los en zet het contact weer
aan.
► Druk het rempedaal in en duw op de hendel om
de parkeerrem uit te schakelen.
► Laat het rempedaal los en schakel het contact
uit.
Terug naar de normale werking
► Houd het rempedaal ingetrapt en start de motor.
Praktische informatie
7
203