Aanbouw op regelventiel – aanbouwdelen en toebehoren.
4.4
Aanbouw aan draaiaandrij-
ving
Benodigde aanbouwdelen en toebe-
horen: zie tabel 4, pagina 42 Slagta-
bel pagina 19 aanhouden!
De klepstandsteller wordt met twee dubbele
hoekstukken op de draaiaandrijving ge-
monteerd. Bij aanbouw op de SAMSON-
draaiaandrijving type 3278 moet eerst het
bij de aandrijving behorende afstandsstuk
(5) op het vrije asuiteinde van de draai-
aandrijving worden gemonteerd.
Opmerking! Bij de hierna beschreven
montage moet absoluut worden gelet op
de draairichting van de draaiaandrijving.
1. Meenemer (3) op de gegroefde
aandrijfas resp. het afstandsstuk (5)
steken.
2. Koppelingswiel (4) met vlakke kant naar
de aandrijving gericht op de meenemer
(3) steken. Daarbij de sleuf zo uitrich-
ten, dat deze bij de gesloten stand van
het ventiel met de draairichting zoals
getoond in fig. 9 overeenkomt.
3. Koppelingswiel en meenemer met schroef
(4.1) en schotelveer
(4.2) vast op de aandrijfas schroeven.
4. De beide onderste hoekstukken (10.1)
afhankelijk van de aandrijvingsgrootte
met hoek naar binnen of naar buiten
op de aandrijfbehuizing vastschroeven.
Bovenste hoekstuk (10) plaatsen en
vastschroeven.
5. Aansluitplaat (6) resp. manometerhouder
(7) met manometers op klepstandsteller
monteren; let op de juiste positionering
van de beide ronde afdichtingsringen/
28
EB 8384-3 NL
Bij dubbelwerkende veerloze draaiaan-
drijvingen is een omkeerversterker voor
de aanbouw op de aandrijving nodig,
zie daarvoor paragraaf 4.5.
6. Op de hefboom M (1) van de klep-
standsteller de standaard aftaststift (2)
uitschroeven. De blanke aftaststift (Ø5)
uit de aanbouwset gebruiken en in het
gat voor de stiftpositie 90° schroeven.
7. Klepstandsteller op het bovenste hoekstuk
(10) plaatsen en vastschroeven. Daarbij
de hefboom (1) zodanig uitrichten,
dat deze rekening houdend met de
draairichting van de aandrijving met
de aftaststift in de sleuf van het koppe-
lingswiel (4) grijpt (fig. 9). In ieder geval
moet zijn gewaarborgd, dat bij de halve
draaihoek van de draainaandrijving de
hefboom (1) parallel aan de langszijde
van de klepstandsteller staat.
8. Schaalplaat (4.3) zodanig op het kop-
pelingswiel plakken, dat de top van
de pijl de sluitstand aanwijst en in
ingebouwde toestand van het ventiel
goed zichtbaar is.
1
2
3
Aandrijfflens
Afb. 8 · Montage van het koppelingswiel bij type
3278
1.2
1.1
4.1
4.2
5