LET OP Wanneer u met de
duimen rond het stuur geklemd op
ruige paden rijdt of een hindernis
neemt, kan het stuur plots opzij
worden getrokken, met verwondin-
gen aan de handen of polsen tot
gevolg.
Modellen met DPS
Dankzij DPS kost het minder inspan-
ning om het stuur te draaien.
2) Rempedaal
Het rempedaal bevindt zich links
van het gaspedaal.
Het rempedaal dient om het voer-
tuig te vertragen of te stoppen.
1. Rempedaal
2. Gaspedaal
Om de snelheid van uw voertuig
te verlagen of het te stoppen, drukt
u met uw rechtervoet op het rem-
pedaal.
In het rempedaal zit een veer,
waardoor het terug in de ruststand
(omhoog) moet komen wanneer u
het niet indrukt.
3) Gaspedaal
Het gaspedaal bevindt zich rechts
van het rempedaal.
Met het gaspedaal bepaalt u de
snelheid van de motor.
PRIMAIRE BESTURINGSELEMENTEN
1. Rempedaal
2. Gaspedaal
Om de snelheid van uw voertuig
te verhogen of te behouden, drukt
u met uw rechtervoet op het gas-
pedaal.
Om snelheid te minderen, laat u
het gaspedaal los.
In het gaspedaal zit een veer,
waardoor het terug in de ruststand
(omhoog) moet komen wanneer u
het niet indrukt.
OPMERKING: Het gaspedaal mag
nooit worden gedemonteerd.
4) Schakelhendel
De schakelhendel bevindt zich on-
deraan op de console.
De schakelhendel wordt gebruikt
om van versnelling te veranderen.
47