Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

150
Rijden en bediening
Voorzichtig
Wordt het reinigingsproces onder‐
broken, dan bestaat het risico dat
er zware motorschade ontstaat.
De reiniging verloopt het snelst bij
hoge motortoeren en een zware
belasting.

Katalysator

De katalysator vermindert de
hoeveelheid schadelijke stoffen in de
uitlaatgassen.
Voorzichtig
Het gebruik van andere brandstof‐
kwaliteiten dan die genoemd op
pagina 3 180 kan aanleiding
geven tot schade aan de katalysa‐
tor en de elektronische onderde‐
len.
Onverbrande brandstof kan leiden
tot oververhitting van en schade
aan de katalysator. Daarom de
startmotor niet onnodig lang laten
draaien, de tank niet leegrijden en
de motor niet aan proberen te
duwen of te slepen.
Bij overslag, een onregelmatige
motorloop, beperkingen van het
motorvermogen of andere ongewone
storingen, de oorzaak van de storing
meteen door een werkplaats laten
verhelpen. In noodgevallen kan er
korte tijd met matige snelheid en laag
motortoerental verder worden gere‐
den.
Wanneer controlelampje Z gaat
knipperen, worden de toelaatbare
emissienormen mogelijk overschre‐
den. Uw voet van het gaspedaal
halen totdat Z ophoudt met knippe‐
ren en continu brandt. Onmiddellijk
contact opnemen met een werk‐
plaats.
Storingsindicatielampje 3 102.

AdBlue

Algemene informatie
Selectieve katalysatorreductie is een
methode om het aandeel stikstof‐
oxide in de uitstoot van uitlaatgassen
aanzienlijk terug te brengen. Dit wordt
bewerkstelligd door het inspuiten van
een dieseluitlaatvloeistof (DEF) in het
uitlaatsysteem.
De naam van deze vloeistof is
AdBlue
®
. Het is een niet-giftige, niet-
ontvlambare, kleur- en geurloze vloei‐
stof die uit 32% ureum en 68% water
bestaat.
9 Waarschuwing
Voorkom dat er AdBlue in uw ogen
of op uw huid komt.
Bij contact met de ogen of de huid
met water uitspoelen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave