Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Intrinsieke Onzekerheid En Werkingsonzekerheid; Stroomvoorziening - Chauvin Arnoux C.A 6131 Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

6.3.8. DIFFERENTIEELTEST
Invloedsgrootheden
Temperatuur
Relatieve vochtigheid
Voedingsspanning
Netfrequentie geteste installatie
Netspanning geteste installatie

6.4. INTRINSIEKE ONZEKERHEID EN WERKINGSONZEKERHEID

De installatiecontrollers zijn conform de norm IEC 61557 die vereist dat de werkingsonzekerheid, B genoemd, minder dan 30% is.
■ Bij isolatie, B = ± ( |A| + 1,15
waarbij A = intrinsieke onzekerheid
E
= invloed van de referentiepositie ± 90°.
1
E
= invloed van de voedingsspanning binnen de door de fabrikant aangegeven grenzen.
2
E
= invloed van de temperatuur tussen 0 en 35°C.
3
■ Bij continuïteitsmeting, B = ± ( |A| + 1,15
■ Bij lusmeting, B = ± ( |A| + 1,15
waarbij E
= invloed van de fasehoek van 0 tot 18°.
6
E
= invloed van de frequentie van het net van 99 tot 101% van de nominale frequentie.
7
E
= invloed van de spanning van het net van 85 tot 110% van de nominale spanning.
8
■ Bij aardemeting, B = ± ( |A| + 1,15
waarbij E
= invloed van de parasitaire spanning in de seriemodus (3 V tot 16,6; 50; 60 en 400 Hz)
4
E
= invloed van de weerstand van de staafaardelektroden van 0 tot 100 x R
5
Bij een differentieeltest moet de intrinsieke onzekerheid zijn:
■ 0 tot 10% voor de gegenereerde teststroom,
■ +/-10% voor de meting van de teststroom,
■ +/-10% voor de ontkoppelingstijd,
■ 0 tot 20% voor de berekening van de foutspanning (U
■ Bij een differentieeltest, B = ± ( |A| + 1,15
waarbij E
= invloed van de weerstand van de sondes binnen de door de fabrikant aangegeven grenzen.
5

6.5. STROOMVOORZIENING

De C.A 6131 wordt van stroom voorzien door middel van 6 batterijen LR6 of AA.
De C.A 6133 wordt van stroom voorzien door middel van 6 oplaadbare Ni-MH accu's.
De oplaadtijd is minder dan 6 uur.
Tijdens het opladen kan het apparaat geen metingen verrichten. U kunt uitsluitend de in het geheugen opgeslagen gegevens
lezen.
Massa van de batterijen of de accu's: ca. 6 x 26 g.
6.5.1. AUTONOMIE
De gemiddelde autonomie is afhankelijk van het type meting. Deze is ca. 20 uur.
Grenzen van het
toepassingsgebied
-0 tot + 40 °C
40 tot 95%RV
C.A 6131: 6,0 tot 9,6 V
C.A 6133: 6,0 tot 7,2 V
99 tot 101% van de nomi-
nale frequentie
90 tot 110% van de nomi-
nale spanning
E
² + E
² + E
² )
1
2
3
E
² + E
² + E
1
2
E
² + E
² + E
² + E
² + E
1
2
3
6
E
² + E
² + E
² + E
1
2
3
E
² + E
² + E
1
2
Typisch
± (1%L/10°C + 2 pt)
± (1,5%L + 2 pt)
± (1,5%L + 2 pt)
± (0,05%L + 1 pt)
± (0,05%L + 1 pt)
² )
3
² + E
² )
7
8
² + E
² + E
² + E
² )
4
5
7
8
).
F
² + E
² + E
² )
3
5
8
46
Variatie in de meting
Maximaal
± (2%L/10°C + 2 pt)
± (3%L + 2 pt)
± (3%L + 2 pt)
± (0,1%L + 1 pt)
± (0,1%L + 1 pt)
maar ≤ 50 kΩ.
A

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

C.a 6133

Inhoudsopgave