6.2.8. DIFFERENTIEELTEST
Bijzondere referentievoorwaarden:
Spanning van de installatie: 90 tot 450 V.
Frequentie van de installatie: 45 tot 65 Hz.
Contactspanning (potentiaal van de aardleiding t.o.v. de plaatselijke aarde): < 5 V.
Begrenzing van de kalibers toegankelijk aan de hand van de spanning
Signaal
of
I
Helling
Impuls op I
ΔN
Impuls op 5 x I
ΔN
Signaal
of
I
Helling
Impuls op I
ΔN
Impuls op 5 x I
ΔN
Impulsmodus en modus zonder uitschakeling
Kaliber I
ΔN
Aard van de test
Teststroom
Intrinsieke onzekerheid over de teststroom
Max. toepassingstijd van de teststroom
Uitschakelingstijd
Meetgebied
Resolutie
Intrinsieke onzekerheid
Hellingsmodus
Kaliber I
ΔN
Teststroom It
Intrinsieke onzekerheid over de teststroom
Max. toepassingstijd van de teststroom
Intrinsieke onzekerheid over de uitschakelstroom
Resolutie over de uitschakelstroom
k ligt tussen 9 en 31.
Foutspanning (U
)
F
Meetgebied
Resolutie
Intrinsieke onzekerheid
30 mA
100 mA
(V ≤ 280 V)
30 mA
100 mA
30 mA - 100 mA - 300 mA - 500 mA - 650 mA
Niet-uitschakelings-
+0 ... -(7% + 2 mA)
5,0 - 300,0 ms
0,1 ms
± 2 ms
1,0 - 25,0 V
0,1 V
± (15% L + 3 pt)
300 mA
300 mA
500 mA
Niet-uitschakelings-
test
0,5 x I
ΔN
0 ... +(7% + 2 mA)
300 ms
0,9573 x I
0 ... +(7% + 2 mA)
4.600 ms
-0 ... +(7% L + 3,3% I
25,0 - 70,0 V
0,1 V
± (5% L + 2 pt)
42
500 mA
650 mA
650 mA
test
I
ΔN
300 ms
30 mA
x k / 28
ΔN
+ 2 mA)
ΔN
0,1 mA
Niet-uitschakelings-
test
5 x I
ΔN
0 ... +(7% + 2 mA)
40 ms