HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING
In- en uitschakelen van de
airconditioning
De toets 2 zorgt voor het inschakelen (con-
trolelampje brandt) of het uitschakelen (con-
trolelampje is uit) van de airconditioning.
Het systeem werkt niet als knop 3 in stand
0 staat.
(4/4)
2
3
Door het inschakelen van de
airconditioning:
– gaat de temperatuur omlaag in het interi-
eur;
– ontwasemen de ruiten snel.
De airconditioning werkt niet bij lage buiten-
temperaturen.
Maak nooit de slangen van
de airconditioning los. Dit is
gevaarlijk voor de ogen en de
huid.
7
Auto's uitgerust met de ECO-modus
(schakelaar 7): wanneer de ECO-
modus is ingeschakeld, kan de verwar-
ming en/of de airconditioning minder
goed werken. Raadpleeg de paragraaf
"Tips voor het rijden, zuinig rijden" in
hoofdstuk 2.
3.7