03 Bestuurdersmilieu
Verlichting
Symbool
Display
Koplamp-
fout Ser-
vice vereist
03
De functie is uitsluitend actief bij schemer of
donker en dan alleen als de auto rijdt.
3
U kunt de functie
deactiveren/activeren onder
Instellingen van de auto
Actieve
koplampen. Voor een beschrijving
van het menusysteem, zie pagina 126.
Voor het aanpassen van de lichtbundel, zie
pagina 88.
3
Geactiveerd bij levering vanuit de fabriek.
84
Stadslichten vóór en achterlichten
Betekenis
Het systeem
is defect.
Bezoek een
werkplaats
als de mel-
ding niet
verdwijnt.
Volvo advi-
seert dat u
contact
opneemt
met een
Verlichtingsdraaiknop in stand voor stads-/par-
erkende
keerlichten vóór en achterlichten.
Volvo-werk-
Draai de verlichtingsdraaiknop naar de middel-
plaats.
ste stand (ook de kentekenplaatverlichting
gaat branden).
Om het achteropkomende verkeer te waar-
schuwen worden de achterlichten ook bij het
openen van de achterklep automatisch inge-
Lichtinstellingen
schakeld.
Remlichten
De remlichten gaan automatisch branden wan-
neer u remt.
Noodremlichten en automatische
alarmlichten
Bij krachtig remmen of ABS-regeling worden
de noodremlichten (Adaptive Brake Lights)
geactiveerd. Dit houdt in dat de remlichten
knipperen om het achteropkomende verkeer
onmiddellijk te waarschuwen.
Het systeem wordt geactiveerd als het ABS
meer dan 0,5 seconden achtereen actief is of
bij krachtig afremmen, maar alleen bij snelhe-
den hoger dan 50 km/h. Wanneer de snelheid
van de auto tot onder de 30 km/h is gedaald,
branden de remlichten weer op de normale
manier en worden de alarmlichten automatisch
ingeschakeld. De alarmlichten blijven knippe-
ren totdat u weer wegrijdt, maar zijn uit te scha-
kelen met de knop voor de alarmlichten.