De sensortoets van het gewijzigde pro-
gramma licht oranje op.
Blader in de keuzelijsten onder
, totdat het gewenste menu-
Meer
punt verschijnt.
Cijfers invoeren
De gemarkeerde cijfers kunnen gewij-
zigd worden.
Raak de pijltoets of aan of veeg
in het veld naar links of rechts
tot het gewenste cijfer gemarkeerd is.
Tip: Als u de pijltoets ingedrukt houdt,
lopen de waarden automatisch verder
tot u de pijltoets weer loslaat.
Bevestig met OK.
Het gewijzigde cijfer wordt opgeslagen.
U komt in het hogere menu terecht.
Principe van de bediening
Letters invoeren
In het navigatiegedeelte kunt u letters
invoeren. Kies korte, duidelijke namen.
Raak de pijltoets of aan of veeg
in het veld naar links of rechts
tot het gewenste teken gemarkeerd
is.
Het geselecteerde teken verschijnt in de
bovenste regel.
Tip: Er zijn maximaal 10 tekens be-
schikbaar.
Met kunt u de tekens één voor één
wissen.
Kies op dezelfde wijze de overige te-
kens.
Als u de programmanaam hebt inge-
voerd, kiest u .
Bevestig met OK.
De naam wordt opgeslagen.
MobileStart activeren
Raak de sensortoets aan om Mo-
bileStart te activeren.
De sensortoets brandt. Met
Miele@mobile-app kunt u de oven op
afstand bedienen.
De rechtstreekse bediening van de
oven heeft voorrang op de afstands-
bediening via de app.
Zolang de sensortoets brandt, kan
u MobileStart gebruiken.
21