FRN-G11S-EN
Zonder uitgangsfilter
frequen-
tieom-
vormer
L1 + L2 = tot 50 m (tot 3,7 kW)
tot 100 m (vanaf 5,5 kW)
Moeten twee of meer motoren door een
frequentieomvormer worden gevoed,
dan mag de totale kabellengte niet lan-
ger dan 50 meter (tot 3,7 kW) of 100 m
(vanaf 5,5 kW) zijn.
Opmerking: Indien er tussen frequentieomvor-
mer en motor een thermisch over-
stroomrelais wordt geschakeld,
kunnen ook wanneer de kabel kor-
ter dan 50 m is, storingen optreden
in de werking van het overstroom-
relais. Dit probleem kan worden
opgelost door een OFL-filter tus-
sen te schakelen of door de takt-
frequentie van de frequentieom-
vormer te verminderen. (Gebruik
de functiecode "F26 Motorgeluid".)
2 Installatie en aansluiting
Motor
frequen-
tieom-
vormer
Motor
L1 + L2 = tot 400 m
Moeten twee of meer motoren via een OFL-filter
worden gevoed, dan mag de totale kabellengte niet
langer zijn dan 400 meter.
Aansturen van een 400 V-motor via een
frequentieomvormer
Als een motor door een PWM-frequentieomvor-
mer wordt gevoed, kunnen stootspanningen die
ontstaan door het schakelen van de frequen-
tieomvormerelementen naar de motor geraken.
Is de leiding naar de motor zeer lang, dan kun-
nen er stootspanningen ontstaan die de motor-
isolatie kunnen vernielen.
Om dit gevaar bij het aansturen van een 400 V-
motor via een frequentieomvormer te vermijden,
zijn de volgende punten in acht te nemen:
1. Gebruik alleen motoren met een hoogwaardi-
ge isolatie.
2. Sluit op de uitgangsklemmen van de frequen-
tieomvormer een optioneel verkrijgbar OFL-
filter aan.
3. Beperk de lengte van de kabel tussen fre-
quentieomvormer en motor tot het minimum
(ten hoogste 10 tot 20 m).
Met uitgangsfilter
OFL-filter
5 m of minder
Motor
Motor
2-7