Henny Penny
3-1. BEDIENINGSELEMENTEN
(vervolg)
Ontstekingsmodules
Vonkontstekingen
Vlamsensoren
Gasregelklep
Luchtstroomschakelaar
Aanblazer
Luchtklep
De twee ontstekingsmodules sturen 24 volt naar de gaskraan en een grote
stroomsterkte naar de ontstekingen.
Wanneer de voorontstekers worden aangestoken, worden de
vonkontstekingen elektrisch geactiveerd en ontvlammen de uiteinden van de
ontstekingen om de dagbranders aan te steken.
De vlamsensoren tasten de dagbranders af wanneer de stroomschakelaar
wordt aangezet. Indien de dagbranders doven of niet ontbranden, sluiten de
vlamsensoren de gastoevoer af, via de modules.
De gasklep is een dubbele regelaar, waarbij één kant van de klep, de
dagbrander controleert en de andere kant de hoofdbrander.
Met de luchtstroomschakelaar wordt de luchtstroom gecontroleerd die
vanuit de aanblazer komt. Indien de luchtstroom onder een ingesteld volume
zakt, schakelt de schakelaar de stroomtoevoer naar de controleklep uit
waardoor de branders worden uitgeschakeld.
De aanblazer voert de correct hoeveelheid lucht naar de branderpijpen om
een efficiënte verbranding te laten plaatsvinden, en hij zorgt er ook voor dat
de rookgassen naar het rookkanaal worden getrokken.
In de mengmodus zorgt de luchtklep ervoor dat lucht in de filterleidingen
wordt gelaten wanneer de pompmotor is ingeschakeld, waardoor er lucht of
bakvet kan worden gepompt, zelfs als de filters verstopt zitten.16
13
Model OFG- 391