Motoroliepeil controleren
Oliepeilstok (1) eruit trekken en met een schone doek afvegen.
Oliepeilstok weer helemaal terugplaatsen en opnieuw eruit
trekken. Het oliepeil moet zich in het bereik "A" bevinden. Bij te
laag motoroliepeil, motorolie bijvullen (blz. 168).
Het bedrijf met een te laag of te hoog oliepeil kan tot
motorschade leiden.
Koelvloeistofpeil controleren
Koelvloeistofpeil in het koelvloeistofexpansievat (1) controle-
ren; het vloeistofpeil moet zich tussen FULL en LOW bevinden.
Niet de sluiting van de radiateur openen.
STOP
Indien het koelvloeistof peil zich onder LOW bevindt;
koelvloeistof bijvullen (blz. 162).
Indien het koelvloeistofpeil zich na het bijvullen in korte tijd weer onder LOW bevindt, is het
koelsysteem lek. De graafmachine mag pas na het verwijderen van de storing in bedrijf worden
gesteld.
Controleren van de radiateur, de koelers en de condensator
Visuele inspectie van radiateur (1), brandstofkoeler (2) en hy-
drauliekoliekoeler (3) op lekkage en vervuiling.
72
1
1
2
W9296-8144-1
Bedrijf
1
3
05/2019