BEDIENINGSELEMENTEN RECHTS
Hydraulische hefinrichting (HPL)
De hendel (1) van de hydraulische hefinrichting (HPL) be-
vindt zich op de rechter regelmodule. De hendel regelt de
stand van de twee hefarmen.
GEVAAR
Gevaar van verbrijzeling!
Controleer of er zich geen personen in de om-
geving bevinden voordat u een werktuig neer-
laat.
Als u zich hier niet aan houdt, leidt dit tot ern-
stig of dodelijk letsel.
Om de hefarmen neer te laten, zorgt u er eerst voor
dat de regelklep voor de neerlaatsnelheid (4) geopend
is. Daarna duwt u de HPL-hendel naar voren. Om de
hefarmen te heffen, beweegt u de hendel naar achteren.
In deze kwadrant (3) bevindt zich een instelbare onderste
aanslag om de hendel terug te zetten in een vooraf inge-
stelde neerlaatpositie van de hefinrichting. Een instelbare
HPL-bedieningshendel voor de maximale hoogtestop
(2) voorkomt dat de bedieningshendel de hefbegrenzing
overschrijdt en zorgt ervoor dat het hydraulisch systeem
van de tractor de instelling van de overdrukklep niet
overschrijdt.
De hydraulische hefinrichting levert nauwkeurig, soepel
en onmiddellijk hydraulisch vermogen voor het heffen
van een keur aan compatibele werktuigen zolang de
motor draait. De positieregeling van het systeem hand-
haaft de geselecteerde hoogte of diepte van het aan de
driepuntshefinrichting gekoppelde werktuig ten opzichte
van de tractor. Wanneer de bedieningshendel van de
hydraulische hefinrichting in een hogere of lagere stand
in het kwadrant wordt geplaatst, zet het systeem het
werktuig in een hogere of lagere stand en handhaaft het
de geselecteerde stand.
Positieregeling
Positieregeling zorgt voor een gemakkelijke en nauw-
keurige besturing van aan de driepuntshefinrichting
gekoppelde werktuigen die boven de grond werken,
zoals sproeimachines, harken, roterende ploegen, enz.
Het levert ook een uniforme diepte bij het gebruik van
een blad of soortgelijk materieel in het veld.
Bij het werken met positieregeling bestaat er een duide-
lijke relatie tussen de positie van de bedieningshendel in
het kwadrant en de positie van het materieel. De hendel
moet worden verplaatst om de positie van het materieel
ten opzichte van de tractor te veranderen. Het systeem
zal het materieel automatisch in de gekozen stand hou-
den.
3 - BEDIENINGSELEMENTEN/INSTRUMENTEN
D0016A
3-19
1
93103864
2
93099342