Werking van werklampen
De werklampen (1) worden in- en uitgeschakeld met be-
hulp van de schakelaar werklamp (2) die zich aan de rech-
terzijde van het instrumentenpaneel bevindt. Deze lam-
pen werken alleen als de contactsleutel in de stand "AAN"
staat.
Om de werklampen in te schakelen, zet u de schakelaar
werklamp (2) in de stand "ON" (AAN).
5 - TRANSPORTWERKZAAMHEDEN
5-5
1
93099334
2
NHIL12CT01022AA
3
NHIL12CT01094AA