Biodieselbrandstof
Biodiesel met vetzuurmethylesters (biodieselbrandstof)
bestaat uit een reeks brandstoffen die gewonnen zijn uit
plantaardige oliën die met methylesters zijn behandeld.
LET OP: Biodieselbrandstofmengsels zijn alleen goedge-
keurd voor uw motor als ze voldoen aan specificatienorm
EN14214 of ASTM D6751.
LET OP: U moet bij uw NEW HOLLAND-dealer navragen
welk mengsel is goedgekeurd voor uw motor. Bedenk
dat het gebruik van een biodiesel brandstof die niet vol-
doet aan bovengenoemde normen, kan leiden tot ernstige
schade aan de motor of het brandstofsysteem van uw ma-
chine. Het gebruik van brandstoffen die niet zijn goedge-
keurd, kan het vervallen van de NEW HOLLAND-garantie
tot gevolg hebben.
Goedgekeurd biodieselmengsel
Het gebruik van biodieselmengsels die voldoen aan spe-
cificatiestandaard ASTM 6751 of EN14214, is voor uw
motor toegestaan tot en met B5 (5% mengverhouding).
Het wordt ten zeerste aanbevolen om biodieselbrandstof
te gebruiken van erkende leveranciers om de kwaliteit en
consistentie van de brandstof te waarborgen.
Omstandigheden voor gebruik van biodie-
selbrandstof
LET OP: De biodieselbrandstof moet voldoen aan de bo-
vengenoemde brandstofspecificatie.
Biodieselbrandstof moet worden aangeschaft bij een ver-
trouwde leverancier die bekend is met het product en een
goede brandstofkwaliteit levert. Biodieselbrandstof moet
vooraf worden gemengd door de leverancier. Het men-
gen van biodieselbrandstoffen op locatie kan een foutief
mengsel tot gevolg hebben, waardoor problemen met de
motor en het brandstofsysteem kunnen ontstaan.
Het motorrendement wordt beïnvloed door het gebruik
van biodieselbrandstof. Er kan sprake zijn van een te-
rugval in vermogen of koppel van maximaal 12 %, afhan-
kelijk van het gebruikte mengsel.
LET OP: Wijzig de instellingen van de motor en/of inspuit-
pomp NIET met het oogmerk het verminderde rendement
te herstellen.
Bij gebruik van een mengsel van biodieselbrandstoffen
moet u het verminderde rendement aanvaarden.
Er kunnen modificaties nodig zijn om uw motor op biodie-
selbrandstof te laten lopen. Raadpleeg uw dealer voor
volledige informatie met betrekking tot deze modificaties.
Biodieselbrandstof heeft een hoger vertroebelingspunt
dan dieselbrandstof.
7 - ONDERHOUD
LET OP: Het gebruik van mengsels met een hoog ge-
halte biodieselbrandstof wordt niet aanbevolen in koude
weersomstandigheden.
Bij gebruik van biodieselbrandstoffen kan het nodig zijn
om motorolie, motoroliefilter en brandstoffilterelementen
vaker te vervangen dan bij gebruik van dieselbrandstof-
fen. Biodieselbrandstof kan roest en deeltjes aan de bin-
nenkant van brandstofopslagtanks op locatie verwijderen.
Deze deeltjes zouden zich normaal gesproken aan de zij-
kanten van de tank hechten. Net als deeltjesafzetting
die zich gewoonlijk voordoet bij dieselbrandstof, kunnen
deze deeltjes terechtkomen in de brandstoffilters van de
machine, waardoor verstopping ontstaat en de levens-
duur van de filters wordt verkort. Dit gebeurt eerder bij
koud weer. Raadpleeg uw NEW HOLLAND-dealer voor
informatie over werking bij koud weer en de juiste onder-
houdsintervallen wanneer u een mengsel van biodiesel-
brandstoffen gebruikt.
Bij het gebruik van biodieselbrandstof moet ervoor wor-
den gezorgd dat er geen water in de brandstoftoevoer
komt. Biodieselbrandstof trekt vocht uit de atmosfeer
aan.
Brandstoftanks moeten zo vol mogelijk worden gehouden
om de hoeveelheid lucht en waterdamp in de brandstof
te beperken. Het kan nodig zijn om vaker water uit het
brandstoffilter af te tappen.
Potentiële oxidatie en stabiliteit kunnen een probleem zijn
met de brandstof die in de machine is opgeslagen.
LET OP: Machines mogen niet langer dan drie maanden
worden opgeslagen met biodiesel brandstofmengsels in
het brandstofsysteem.
Als lange stallingsperioden nodig zijn, moet de motor 20
uur lang op dieselbrandstof lopen om de biodieselbrand-
stof uit het motorbrandstofsysteem te spoelen vóór stal-
ling.
LET OP: Biodieselbrandstof mag niet langer dan drie
maanden worden opgeslagen in brandstoftanks op loca-
tie.
Eventueel gemorste biodieselbrandstof moet meteen
worden opgeruimd voordat er schade wordt aangericht
aan het milieu en de lakafwerking van de machine.
Voordat u biodieselbrandstofmengsels gebruikt, moet u
uw dealer raadplegen voor volledige informatie over het
goedgekeurde mengsel voor uw machine en gedetail-
leerde gebruiksvoorwaarden.
LET OP: Bedenk dat het niet voldoen aan de vereisten
en voorwaarden voor het gebruik van biodieselbrandstof
leidt tot het vervallen van de NEW HOLLAND-garantie op
uw machine.
7-5