Aanbrengen:
• Voer de procedure voor verwijderen in
omgekeerde volgorde uit.
1. Monteer de wielaskragen aan de linker- en
rechterzijde in de wielnaaf. Monteer de remschijf
voorzichtig tussen de remblokken om krassen te
vermijden.
2. Steek de vooras in vanaf de rechterzijde, door
de rechtse vorkpoot en wielnaaf.
3. Zet de voorwielasmoer vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment.
Aanhaalmoment moer vooras:
62 N·m (6,3 kgf·m)
4. Bedien na het monteren van het wiel enkele
malen de rem en controleer of het wiel vrij draait.
Controleer de montage van het wiel opnieuw als
de rem aanloopt of als het wiel niet vrij draait.
Controleer de afstelling van de voorrem
(pagina 25).
Als u geen momentsleutel hebt gebruikt voor de
montage, ga dan zo snel mogelijk naar uw dealer om
de juiste montage te controleren. Een verkeerde
montage kan leiden tot een verminderde remwerking.
83