Stop-startsysteem
Als de auto langzaam rijdt of stilstaat
en er aan bepaalde voorwaarden is
voldaan, activeer dan een autostop
zoals hieronder beschreven:
■ Het koppelingspedaal intrappen
■ Zet de schakelhendel in neutraal
■ Laat het koppelingspedaal los
Een Autostop wordt door de naald
aangegeven op de AUTOSTOP-po‐
sitie op de toerenteller.
Om de motor te herstarten, moet u het
koppelingspedaal opnieuw intrappen.
Stop-startsysteem 3 171.
Parkeren
■ Trek altijd de handrem aan. Trek de
handrem aan zonder op de ont‐
grendelingsknop te drukken. Op
een aflopende of oplopende helling
zo stevig mogelijk. Trap tegelijker‐
tijd de rem in om de bedienings‐
kracht te verminderen.
Trek bij auto's met elektrische
handrem gedurende ongeveer één
seconde aan schakelaar m.
■ Schakel de motor uit. Contactsleu‐
tel naar stand 0 draaien en deze er‐
uit trekken. Stuurwiel verdraaien
totdat het stuurslot voelbaar ver‐
grendelt.
Bij auto's met automatische ver‐
snellingsbak is de sleutel alleen te
verwijderen met de keuzehendel in
stand P.
■ Wanneer de auto vlak of op een op‐
lopende helling staat, dan voor het
uitschakelen van het contact de
eerste versnelling inschakelen of
de keuzehendel in stand P zetten.
Op een oplopende helling boven‐
Kort en bondig
dien de voorwielen van de stoep‐
rand wegdraaien.
Wanneer de auto vlak op een aflo‐
pende helling staat, dan voor het
uitschakelen van het contact de
achteruitversnelling inschakelen of
de keuzehendel in stand P zetten.
Bovendien de voorwielen naar de
stoeprand toedraaien.
■ Vergrendel de auto met de toets e
op de handzender.
Activeer het alarmsysteem 3 31.
■ De auto niet op een licht ontvlam‐
bare ondergrond parkeren. De on‐
dergrond kan door de hoge tempe‐
ratuur van het uitlaatgassysteem
mogelijk vlam vatten.
■ Sluit de ramen en het zonnedak.
■ Koelventilatoren kunnen ook na het
afzetten van de motor in werking
treden 3 232.
■ Na een rit waarbij met hoge motor‐
toerentallen of met hoge motorbe‐
lasting werd gereden, de motor
vóór het afzetten gedurende een
korte tijd met lage belasting laten
21