Leeslampjes
Worden bediend met knoppen in de
interieurverlichting vooraan.
Extra verlichting
Middenconsoleverlichting
Bij het inschakelen van het dimlicht
gaat het leeslicht in de interieurver-
lichting branden.
Instapverlichting
Welkomstverlichting
De rijverlichting, instrumentenver-
lichting en interieurverlichting
worden even ingeschakeld wanneer
u de ontgrendelknop
op de
afstandsbediening van de radio
tweemaal indrukt. Deze functie
werkt alleen in het donker en helpt u
om de auto terug te vinden.
De verlichting wordt meteen uitge-
schakeld zodra u de contactsleutel
0
in stand 1
Contactslotstanden
0 145
draait.
ii
U kunt deze functie in- of uitscha-
kelen in het menu Instellingen op
het Infodisplay. Persoonlijke instel-
0
lingen
Persoonlijke instellingen
0 83
.
ii
Verlichting
U kunt de instellingen opslaan voor
0
de gebruikte sleutel
Geheugenin-
stellingen 0 20
.
ii
De volgende verlichting gaat ook
branden wanneer u het bestuurder-
sportier opent:
alle schakelaars
bestuurdersinformatiecentrum
Uitstapverlichting
De volgende verlichting gaat
branden wanneer u de sleutel uit
het contactslot haalt:
Binnenverlichting
Instrumentenverlichting (alleen
wanneer het buiten donker is)
Worden automatisch uitgeschakeld
na een vertraging. Beide lichten
worden weer ingeschakeld als het
bestuurdersportier wordt geopend.
Na het uitstappen verlicht de rijver-
lichting de omgeving gedurende een
instelbare tijd.
95