162
Rijden en bedienen
De omgevingsomstandigheden
ongunstig zijn, bijv. harde regen,
sneeuw, direct zonlicht of
schaduwen.
Het systeem werkt niet als geen
wegbelijning wordt gedetecteerd.
Brandstof
Brandstof (voor benzine-
motoren)
Gebruik alleen loodvrije brandstof
die voldoet aan de Europese norm
EN 228 of E DIN 51626-1 of gelijk-
waardig.
De motor kan draaien op brandstof
die maximaal 10% ethanol bevat
(bijv. E10).
Gebruik brandstof met het aanbe-
volen octaangetal Motorgegevens
0 214
.
ii
Voorzichtig
Gebruik geen brandstof of brand-
stofadditieven die metalen
bestanddelen bevatten, zoals
additieven op mangaanbasis. Dat
kan motorschade veroorzaken.
Voorzichtig
Gebruik van brandstof die niet
voldoet aan EN 228 of E DIN
51626-1 of soortgelijk, kan leiden
tot neerslag of motorschade en
vervallen van de garantie.
Voorzichtig
Het gebruik van brandstof met
een te laag octaangetal kan
ongecontroleerde verbranding en
daarmee motorschade tot gevolg
hebben.