Inhoudsopgave
Advertenties
Grenswaarden op de tester kiezen of instellen:
Het controleren van elektrische installaties houdt het „Bekijken",
„Testen" en „Meten" in en daarom zijn ze voorbehouden aan vak-
mensen met een passende beroepservaring.
Technisch gezien zijn uiteindelijk de waarden van de norm
VDE 0664 in eerste instantie bindend.
27.3
Controleren van elektrische machines volgens
DIN EN 60204 – toepassingen, grenswaarden
Voor het controleren van elektrische machines en besturingen
werd de tester PROFITEST PRIME AC ontwikkeld. Na de norm-
verandering is bovendien het meten van de lusimpedantie vereist.
Het meten van de lusweerstand en het verrichten van andere ver-
eiste metingen voor het controleren van elektrische machines
kunt u ook doen met de testers van de serie PROFITEST MF.
Vergelijking van de voorgeschreven metingen tussen de normen
Meting volgens DIN EN 60 204-1
(machines)
Doorgaande verbinding van het
aardleidingssysteem
Lusimpedantie
Isolatieweerstand
Controleren van de proefspanning
Bescherming tegen restspan-
ningen
Controle van de werking
Doorgaande verbinding van het aardleidingssysteem
Hierbij wordt de doorgaande verbinding gecontroleerd van een
aardleidingssysteem door het aanbrengen van een wisselstroom
tussen 0,20 A en 10 A bij een netfrequentie van 50 Hz
(= laag ohmse meting). De meting moet worden verricht tussen
de PE-klem en verschillende punten van het aardleidingssysteem.
Lusimpedantiemeting
De lusimpedantie Z
wordt gemeten en de kortsluitstroom I
L-PE
wordt bepaald om te controleren of de uitschakelvoorwaarden
van de beveiligingen gerespecteerd worden, zie hoofdst. 13.
Isolatieweerstandsmeting
Hierbij worden bij de machine alle actieve geleiders van de hoofd-
stroomkringen (L en N resp. L1, L2, L3 en N) kortgesloten en
gemeten tegen PE (aardverbinding). Besturingen of delen van de
machine die voor deze spanningen (500 V DC) niet ontworpen
Gossen Metrawatt GmbH
Meting volgens DIN EN 61557
(installaties)
Deel 4: Weerstand van:
– aardverbinding
– aardleiding
– en potentiaalvereffeningsleider
Deel 3: Lusimpedantie
Deel 2: Isolatieweerstand
Deel 14: Apparatuur voor de beproe-
ving van de veiligheid van elektri-
sche uitrusting van machines
Deel 14: Apparatuur voor de beproe-
ving van de veiligheid van elektri-
sche uitrusting van machines
—
zijn, mogen voor de duur van de meting van de meetkring worden
afgekoppeld. De meetwaarde mag niet kleiner zijn dan 1 M. De
meting mag in afzonderlijke delen worden onderverdeeld.
Spanningsmetingen (alleen met
De elektrische uitrusting van een machine moet tussen de leidin-
gen van alle stroomkringen en het aardleidingssysteem minstens
gedurende 1s een testspanning kunnen verdragen die het 2-vou-
dige van de nominale spanning van de uitrusting of 1000 V~
bedraagt, al naar gelang welke waarde telkens de grootste van de
twee is. De testspanning moet een frequentie hebben van 50 Hz
en moet gegenereerd worden door een transformator met een
minimaal nominaal vermogen van 500 VA.
(Rest-)spanningsmetingen
Voorschrift EN 60 204 eist dat de restspanning op elk actief
gedeelte van de machine dat kan worden aangeraakt en waarop
tijdens het gebruik een spanning staat van meer dan 60 V, na het
uitschakelen van de voedingsspanning binnen 5 s gedaald moet
zijn naar een waarde van 60 V of minder.
Bij het blootleggen van geleiders moet de restspanning binnen
1 s gedaald zijn naar een waarde die kleiner of gelijk is aan 60 V.
Controle van de werking
De machine wordt gebruikt met nominale spanning en gecontro-
leerd op werking, vooral op veiligheidsfuncties.
Speciale tests
•
Pulsbedrijf voor het lokaliseren van fouten
(alleen met PROFITEST PRIME AC)
•
Aardleidingcontrole met 25 A teststroom
(alleen met PROFITEST PRIME AC)
Grenswaarden volgens DIN EN 60 204-1
meting
Meet-
functie
RLO
Aardleidingsmeting
ZL-PE
RISO
—
Ures
Isolatieweer-
standsmeting
—
Lekstroommeting
Bescherming tegen
restspanningen
Controleren van de
proefspanning
K
PROFITEST PRIME AC
Parameter
Doorsnede Normwaarde
Meetduur
Grenswaarde
1,5 mm²
Aardleidingsweerstand
2,5 mm²
volgens leidingdoorsnede
4,0 mm²
(buitenste geleider L) en
6,0 mm²
karakteristiek van de over-
10 mm²
stroombeveiliging
16 mm²
(berekende waarde)
25 mm² L
(16 mm² PE)
35 mm² L
(16 mm² PE)
50 mm² L
(25 mm² PE)
70 mm² L
(35 mm² PE)
95 mm² L
(50 mm² PE)
120 mm² L
(70 mm² PE)
Nominale spanning
Weerstandsgrenswaarde
Lekstroom
Ontladingstijd na het uitschakelen van de
voedingsspanning
Ontladingstijd bij het vrijleggen van gelei-
ders
Testspanning
Frequentie van de testspanning
Meetduur
)
10 s
500 m
500 m
500 m
400 m
300m
200 m
200 m
100m
100m
100m
050 m
050 m
500 V DC
1 M
2,0 mA
5 s
1 s
2 × U
of 1 kV
N
50 Hz of 60 Hz
1 s
99
Advertenties
Inhoudsopgave
