10.8
Door de gebruiker instelbare parameters of grenswaarden
10.8.1 Bestaande parameters wijzigen
Voor bepaalde meetfuncties kunnen afzonderlijke parameters
worden gewijzigd, d.w.z. door de gebruiker worden ingesteld bin-
nen vooraf gedefinieerde grenzen.
Een mogelijk menu EDIT
rechter kolom bent overgestapt en de bewerkbare parameter
hebt geselecteerd.
Voorbeeld meetfunctie R
LO
1 Roep het submenu op voor het instellen van de gewenste
parameter (niet afgebeeld, zie hoofdst. 10.7).
2 Kies de bewerkbare parameter – gemarkeerd met het sym-
– met de cursortoetsen of .
bool
3 Kies het bewerkingsmenu door op de toets
38
verschijnt pas nadat u naar de
- Parameter: LIMIT R
LO
Menu EDIT
kiezen
te drukken.
Cijfer/eenheid kiezen
Cijfer/eenheid kiezen
Cijfer/eenheid overnemen
✓
Waarde bewaren (op lijst)
Teken wissen
10.8.2 Nieuwe parameters aanvullen
Voor bepaalde meetfuncties kunnen naast de vaste waarden nog
andere waarden worden toegevoegd binnen vooraf bepaalde
grenzen.
Een mogelijk menu EDIT+
ter kolom bent overgestapt.
Voorbeeld meetfunctie I
N
1 Roep het submenu op voor het instellen van de gewenste
parameter (niet afgebeeld, zie hoofdst. 10.7).
2 Kies het bewerkingsmenu door op de toets
3 Kies met de cursortoetsen LINKS of RECHTS het betreffende cij-
fer. Met neemt u het cijfer over. De volledige waarde aan-
en bevestigt u met . De nieuwe
✓
vaarden doet u met
parameter wordt aan de lijst toegevoegd.
Opmerking
Neem de opgegeven grenzen voor de nieuwe instel-
waarde in acht.
Voer mogelijke decimalen in.
verschijnt pas nadat u naar de rech-
– Parameter: I
N
Menu EDIT+
kiezen
te drukken.
Cijfer/eenheid kiezen
Cijfer/eenheid kiezen
Cijfer/eenheid overnemen
✓
Waarde bewaren (op lijst)
Teken wissen
Gossen Metrawatt GmbH