Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aardingsweerstandsmeting Batterijgevoed "Op Batterijen Werkend"- Meting Van De Specifieke Aardingsweerstand  (Alleen Profitest Mf Xtra) - Gossen MetraWatt PROFITEST MF Series Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor PROFITEST MF Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

15.11 Aardingsweerstandsmeting batterijgevoed "op batterijen werkend"– Meting van de specifieke aardingsweerstand 
(alleen PROFITEST MF XTRA)
Algemeen
Meting van de specifieke aardingsweerstand
De bepaling van de specifieke aardingsweerstand is noodzakelijk
voor de planning van aardingsinstallaties. Hierbij moeten betrouw-
bare waarden worden bepaald die zelfs rekening houden met
zeer slechte omstandigheden, zie „Geologische analyse" op
pagina 68.
Doorslaggevend voor de grootte van de spreidingsweerstand van
een aardelektrode is de specifieke weerstand van de aarde. Deze
kan met de tester worden gemeten volgens de methode van
Wenner.
Op de afstand d worden op een rechte lijn vier zo lang mogelijke
aardpennen in de grond geslagen en met een aardingsmeter ver-
bonden, zie afbeelding boven.
De gebruikelijke lengte van de aardpennen is 30 tot 50 cm; bij een
slecht geleidende bodem (zandgrond enz.) kunnen langere aard-
pennen worden gebruikt. De inslagdiepte van de aardpen mag
hoogstens 1/20 bedragen van de afstand d.
Opmerking
Er bestaat een gevaar voor foutieve metingen, als er buis-
leidingen, kabels of andere onderaardse metalen leidin-
gen parallel met de meetopstelling lopen.
De specifieke aardingsweerstand wordt berekend volgens de for-
mule:
= 2  d  R
E
Hierbij is:
 = 3,1416
d = Afstand tussen twee aardpennen in m
R = Vastgestelde weerstandswaarde in (deze waarde komt overeen
met R
die vastgesteld wordt met de 4-draadsmeting)
E
Aansluiting
➭ Plaats de pennen voor de sonde en de hulpaardelektrode tel-
kens op een gelijke afstand, zie afbeelding boven.
➭ Zorg ervoor dat er geen hoge overgangsweerstanden tussen
de sonde en de grond zijn.
➭ Monteer de adapter PRO-RE (Z501S) op de teststekker.
➭ Sluit de sonde, de hulpaardelektrode en de aardelektrode aan
via de banaanbussen van 4 mm van de adapter PRO-RE.
Let hierbij op het opschrift van de banaanbussen!
68
H
S
ES
E
d
d
d
Meetfunctie kiezen
R
E
Gebruiksmodus kiezen
De gekozen gebruiksmodus verschijnt geïn-
verteerd: batterijsymbool wit op zwarte achter-
grond.
Parameter instellen
❏ Meetbereik: AUTO, 50 k, 20 k, 2 k, 200 , 20 
❏ Soort aansluiting:
(Rho)
E
❏ Overzetverhouding: hier zonder betekenis
❏ Afstand d voor meting
: bewerkbaar van 0,1 m tot 999 m
E
Meting starten
Geologische analyse
Afgezien van extreme gevallen gaat de meting van de bodem die
moet worden onderzocht tot een diepte die ongeveer gelijk is met
de afstand van de sonde d.
Het is dus mogelijk dat u door een variatie van de sondeafstand
informatie verkrijgt over de lagenstructuur van de ondergrond.
Goed geleidende lagen (grondwaterspiegel) waarin de aardelek-
trode moet worden aangelegd, kunnen daarom in een slecht
geleidende omgeving worden getraceerd.
Specifieke aardingsweerstanden zijn onderhevig aan grote
schommelingen die verschillende oorzaken kunnen hebben als
porositeit, doorvochtiging, oplossingsconcentratie van zouten in
het grondwater en klimatologische schommelingen.
Het verloop van de specifieke aardingsweerstand 
het jaargetijde (de bodemtemperatuur en de negatieve tempera-
tuurcoëfficiënten van de grond) kan tamelijk goed bij benadering
worden weergegeven door een sinuscurve.
+
(%)
E
30
20
10
Jan
Mar
-10
-20
-30
Specifieke aardingsweerstanden E afhankelijk van het
jaargetijde zonder invloed van neerslag
(begraafdiepte van de aardelektrode < 1,5 m)
E
naargelang
E
Mei
jul.
Sep Nov
Gossen Metrawatt GmbH

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Profitest mf xtraProfitest mf tech

Inhoudsopgave