II ONDERHOUDSPROCEDURES
WAARSCHUWING
-
Vervang de banden alleen
door banden van hetzelfde
type en bandenmaat als de
originele banden.
-
Let erop dat u banden met
een unidirectioneel profiel in
de juiste draairichting mon-
teert.
-
De banden moeten vervan-
gen worden door een erva-
ren persoon, in overeenstem-
ming met de normen en het
gereedschap gebruikt in de
sector.
Wielen verwijderen
Plaats het voertuig op een vlakke
ondergrond.
Activeer de 4WD-modus.
Zet de schakelhendel in PARK.
Schakel het remslot in.
Draai de wielmoeren los en hef het
voertuig op.
Zet het voertuig vast op kriksteu-
nen.
Verwijder de wielmoeren en verwij-
der dan het wiel.
Wiel monteren
Breng bij de installatie wat smeer-
middel tegen het vastvreten op de
schroefdraad aan.
Als de banden unidirectioneel zijn,
moet u ervoor zorgen dat het wiel
volgens de draairichting van de
band wordt geïnstalleerd.
Draai telkens twee tegenoverliggen-
de wielmoeren voorzichtig aan en
draai ze daarna aan tot hun defini-
tieve moment.
AANDRAAIMOMENT
Wielmoeren
156
80 Nm ± 5 Nm
OPMERKING
wielmoeren die per type wiel zijn
aanbevolen. Het gebruik van an-
dere moeren kan schade aan de
velgen of tappen veroorzaken.
TYPISCH
ALUMINIUM WIEL
1. Wielmoer (met gesloten uiteinde)
21) Stuurinrichting
Inspectie stuurinrichting
WAARSCHUWING
Inspectie en reparatie van de
onderdelen van de besturing
moeten
worden
door een erkende Can-Am dea-
ler.
Koppelstangen
Inspecteer visueel de koppelstan-
gen.
De koppelstangen moeten vervan-
gen worden als kromtrekken of
andere beschadigingen is geconsta-
teerd.
WAARSCHUWING
Een beschadigde koppelstang
moet worden vervangen.
Uiteinden koppelstang
Plaats het voertuig op een vlakke
ondergrond.
Schakel het remslot in.
Gebruik altijd de
uitgevoerd