NORMAAL: ONDERDELEN VERWIJDERD
VOOR DE DUIDELIJKHEID
1. Koelvloeistofaftapplug
OPMERKING: Schroef de koelvloei-
stofaftapplug niet helemaal los.
Koppel de onderste radiatorslang
los en vang de resterende koelvloei-
stof op in een geschikt recipiënt.
OPMERKING: Onthoud de positie
van de slangklem op de onderste
radiatorslang.
Plaats de onderste radiatorslang
terug.
Plaats de klem van de radiatorslang
zoals genoteerd tijdens het verwij-
deren.
Draai de klem van de radiatorslang
aan tot de specificaties.
Installeer de aftapplug van het
koelsysteem opnieuw met een
nieuw pakkingring.
Draai de koelvloeistofaftapplug aan
tot de specificaties.
AANDRAAIMOMENT
Koelvloeistof-aftapplug
Ontlucht het koelsysteem, zie
KOELSYSTEEM VULLEN EN ONT-
LUCHTEN .
9 Nm naar 11 Nm
II ONDERHOUDSPROCEDURES
Vullen en aftappen van het
koelsysteem
1.
Schoef de ontluchtingsschroe-
ven los op de cilinders voor-
aan en achteraan.
TYPISCH
1. Ontluchtingsschroef cilinder vooraan
NORMAAL: ALLEEN 570-MODELLEN
1. Ontluchtingsschroef cilinder achteraan
2.
Vul het koelsysteem tot de
koelvloeistof uit de ontluch-
tingsschroef (-schroeven)
stroomt.
3.
Knijp verschillende keren in
de bovenkant van de koelvloei-
stofslang tussen de radiator
en de koelvloeistofpomp tot
alle lucht uit het hoogste deel
van de slang is ontsnapt.
4.
Installeer de ontluchtings-
schroef met een NIEUWE
pakkingring en draai aan vol-
gens specificaties.
141