1. De pijl wijst naar de achterkant van het
voertuig
2. Aandrijfrol (voor)
3. Aangedreven rol (achter)
Installeren van de aandrijfriem
(alle andere modellen)
Voor de installatie voert u de verwij-
deringsprocedure in omgekeerde
volgorde uit. Wees aandachtig voor
de volgende details.
De maximale levensduur van de
aandrijfrol wordt behaald als de
aandrijfriem in de juiste richting
draait. Installeer het dusdanig, dat
de op de riem afgedrukte pijl naar
de voorkant van het voertuig wijst,
gezien van boven.
1. Op riem afgedrukte pijl
2. Aandrijfrol (voor)
3. Aangedreven rol (achter)
4. Draairichting
Draai de aangedreven riem tot het
onderste deel van de tanden op de
buitenkant van de aandrijfriem ge-
lijk is met de rand van de aangedre-
ven rol.
II ONDERHOUDSPROCEDURES
1. Het onderste deel van de tangen gelijk
met de buitenkant van de aandrijfriem
14) Aandrijf- en aange-
dreven rollen
Inspectie aandrijf- en
aangedreven rollen
De inspectie moet door een erken-
de Can-Am dealer, reparatiebedrijf
of iemand anders van uw keuze
voor onderhoud, reparatie of vervan-
ging worden uitgevoerd.
Aangedreven rol
Inspecteer de lagerbussen van de
schuifhuls van de aangedreven rol,
vervang versleten onderdelen.
Aangedreven rol
Inspecteer de lagerbussen van de
nok en van de schuifhuls van de
aangedreven rol, vervang versleten
onderdelen.
15) Accu
LET OP Laad nooit een accu
terwijl die in het voertuig is geïn-
stalleerd.
Deze voertuigen zijn uitgerust met
een VRLA-accu (Valve Regulated
Lead Acid). Dit is een onderhouds-
vrij accutype, waaraan geen water
moet worden toegevoegd om het
elektrolytpeil te regelen.
OPMERKING
Verwijder nooit de
afsluitdop van de accu.
149