4
Maatregelen bij storingen en onregelmatigheden
Het apparaat mag alleen in onberispelijke staat worden gebruikt. Indien de gebruiker onregelmatigheden,
storingen of beschadigingen constateert, dient hij het apparaat onmiddellijk uit te schakelen en zijn
leidinggevende te informeren.
Voor maatregelen om problemen op te lossen, zie hoofdstuk 13.
4.1
Restrisico's
Het apparaat is gebouwd volgens de stand van de techniek en de van toepassing zijnde
veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik en onjuiste behandeling kunnen leiden tot gevaren voor leven en welzijn
van de gebruiker of derden en tot storingen van het apparaat of materiële schade. Het apparaat is uitsluitend
bedoeld voor het beoogde gebruik en mag alleen worden bediend als het in een veiligheidstechnisch
onberispelijke staat verkeert.
Eventuele veiligheidsrelevante storingen moeten onmiddellijk worden verholpen en het apparaat dient buiten
bedrijf te worden gesteld totdat deze storingen zijn verholpen.
Ernstige incidenten in verband met het apparaat moeten aan de fabrikant of zo nodig aan de bevoegde
autoriteit worden gemeld.
4.2
Apparaat in geval van nood uitschakelen
Schakel in geval van nood de netschakelaar op de achterwand uit en trek vervolgens de stekker uit het
stopcontact. Hierdoor wordt het apparaat met alle polen losgekoppeld van het stroomnet.
4.3
Noodontgrendeling
Bij stroomuitval kan het deksel niet worden geopend. Er moet dan een handmatige noodontgrendeling worden
uitgevoerd.
Hettich AG, Seestrasse 204a, 8806 Baech, Switzerland
Gebruikershandleiding_Rotolavit II_en_Rotolavit II-S_nl_rev2.6
Pagina 13