134
ELEKTRISCH AANGEDREVEN
TREKHAAK
De trekhaak en het stopcontact voor de
elektrische aansluiting van de lichten van
de aanhangwagen vormen één geheel en
zijn, wanneer ze niet gebruikt worden,
achter de achterbumper aangebracht.
135
De plaatsing van het hele systeem
(trekhaak en stopcontact) tijdens de
werking wordt aangestuurd met behulp
van knop 1 fig. 136 op de bekleding aan
de rechterzijde van de bagageruimte.
07216V0012EM
136
De overgang van ongebruikt naar de
werking is uitsluitend toegestaan als:
de parkeerrem is geactiveerd of de
versnellingspook op stand P is geplaatst;
de motor is stilgelegd;
de achterklep is geopend.
Op de knop 1 is een led aanwezig die de
volgende statussen kan aannemen:
Led uit: minstens een van de
bovenstaande omstandigheden is niet
nageleefd of de bekabeling van de lichten
van de aanhanger is op het stopcontact
07216V0015EM
aangesloten;
Led knippert: de trekhaak beweegt of
het systeem moet worden geïnitialiseerd;
Led aan: de trekhaak kan worden
verplaatst.
Het veilig openen en sluiten van de
trekhaak wordt gegarandeerd door een
beveiligingssysteem dat de beweging
ervan kan stoppen en kan omkeren
wanneer er een obstakel is langs het
parcours, zowel in de openingsfase als
die van de sluiting.
Het systeem moet geïnitialiseerd worden
nadat de accu afgekoppeld is, na een
blokkering van de beweging tijdens een
fysiek obstakel of als het
beveiligingssysteem drie keer
achtereenvolgens geactiveerd is.
04056V0060EM
BELANGRIJK Wanneer de trekhaak niet
gebruikt wordt, moet deze in gesloten
stand worden opgeborgen.
Initialisatie van het systeem
Druk tijdens de bovenstaande
voorwaarden minstens 10 seconden lang
op de knop 1. De led gaat branden om aan
te geven dat de initialisatie is verricht.
153