OPNAMESTAND
INTERVAL
Met de intervalfunctie maakt u een serie foto- of filmopnamen met vaste tussenpozen. Op deze
manier kunt u vertraagde processen versneld weergeven, zoals het opengaan van een bloem of de
bouw van een huis. De ingebouwde flitser kan worden gebruikt. Direct weergeven (blz. 98) is uitge-
schakeld.
De parameters van de intervalserie stelt u in de custom 1 sectie van het opnamemenu in. Kijk bij het
navigatie-gedeelte op blz. 78 voor het gebruik van het menu. De lengte van de interva tussen de
opnamen is instelbaar op 1 – 10, 15, 20, 30, 45 en 60 minuten. Het aantal beelden van de serie
wordt ingesteld in de frames menu-optie: 2 – 99 beelden.
Still image (foto) – hiermee maakt u een serie foto's, op basis van de parameters die u in
het opnamemenu instelde. Beeldgrootte en -kwaliteit zijn instelbaar.
Film met versnelde weergave – hiermee maakt u een film waarmee langzame processen
versneld worden weergegeven, overeenkomstig de gekozen parameters. Het filmbestand
wordt afgespeeld op vier beelden per seconde. Beeldgrootte en -kwaliteit zijn instelbaar.
Zet de transportstand op interval met het functiewiel (blz. 40). Zet de camera op statief en bepaal de
beeldcompositie zo dat het onderwerp binnen het scherpstelkader valt; de camera stelt scherpstel-
ling, belichting en witbalans in en laadt de flitser vlak voordat de opname moet worden gemaakt.
Continu AF is ook te gebruiken. Instellingen die met de spot/AE-toets zijn vergrendeld worden na het
eerste beeld opgeheven (blz. 40). Wilt u de automatiek passeren, gebruik dan handmatige scherp-
stelling (blz. 94), handmatige belichtingsregeling (blz. 52) en vaste of eigen witbalansinstelling (blz.
62).
60
Aantal opnamen van de intervalserie
Opnameteller