3.1.2 Controlbox
(SK TU1-CTR, optie)
Deze optie dient voor het instellen van parameters en het besturen van de
frequentieomvormer.
Kenmerken
LED-display met 4 posities en 7 segmenten
Directe besturing van een frequentieomvormer
Weergave van de actieve parameterset.
Opslag van een compleet gegevenspakket van de frequentieomvormer (P550)
Nadat de Controlbox gemonteerd en de netspanning ingeschakeld is, verschijnen
horizontale strepen in het display met 4 posities en 7 segmenten. Deze geven aan dat
de frequentieomvormer bedrijfsgereed is.
Wanneer de frequentieomvormer vrijgegeven wordt, gaat het display automatisch over naar de in de para-
meter > Selectie weergavenwaarde < P001 gekozen bedrijfswaarde (fabrieksinstelling = actuele frequentie).
De actuele parameterset wordt via de 2 LED's links naast het display in binaire code weergegeven.
AANWIJZING
De digitale nominale frequentiewaarde is standaard op 0Hz ingesteld. Om te controleren of de aandrijving
werkt, moet een frequentieregelwaarde via de toets
>Tipfrequentie< (P113) worden ingevoerd.
Instellingen mogen alleen door gekwalificeerd personeel worden verricht, waarbij speciale aandacht moet
worden besteed aan de naleving van de veiligheidsinstructies en aanwijzingen.
LET OP: Na indrukken van de START-toets
Functies van de Controlbox:
Indrukken om de frequentieomvormer in te schakelen. De frequentieomvormer is nu met de eventeel
ingestelde tipfrequentie (P113) vrijgegeven. Maar de eventueel vooraf ingestelde minimale frequentie
(P104) wordt wel geleverd. Parameter >Interface< P509 moet = 0 zijn.
Indrukken om de frequentieomvormer uit te schakelen. De uitgangsfrequentie wordt verlaagd tot de
absolute minimale frequentie (P505) en de frequentieomvormer wordt aan de uitgang uitgeschakeld.
Geeft tijdens het bedrijf de actueel ingestelde bedrijfswaarde aan (selectie in P001) of de storingscodes. Bij
7-segmenten
de parameterinstelling worden het parameternummer of de parameterwaarde weergegeven.
LED-display
De LED's geven in de bedrijfsweergave (P000) de actuele parameterset en bij de parameterinstelling de
LED's
actuele te wijzigen parameterset aan. De weergave is in dit geval binair gecodeerd.
1
2
De draairichting van de motor wisselt nadat deze toets is ingedrukt. „Draairichting links" wordt door een
minteken aangegeven. Let op! Wees voorzichtig bij pompen, transportschroeven, ventilators etc. Blokkeer
de toets via parameter P540.
Druk de toets in om de frequentie te VERHOGEN. Tijdens de parameterinstelling worden
parameternummer of parameterwaarde verhoogd.
Druk de toets in om de frequentie te VERLAGEN. Tijdens instelling van de parameters worden
parameternummer of parameterwaarde verlaagd.
„ENTER" indrukken om een gewijzigde parameterwaarde op te slaan of om van parameternummer over te
schakelen naar de parameterwaarde en omgekeerd.
AANWIJZING: Als een gewijzigde waarde niet moet worden opgeslagen, kan de
gebruikt om de parameter te verlaten zonder de wijziging op te slaan.
BU 0700 NL-1411
1
= P1
2
Technische wijzigingen voorbehouden
of een tipfrequentie via de betreffende parameter
kan de aandrijving meteen starten!
1
= P2
2
3.1 Technologiebox
1
= P3
2
-toets worden
1
= P4
2
33