■
Treksnelheden en -versnellingen
•
Rijd langzamer dan gewoonlijk.
•
Houd de aangegeven snelheidslimieten voor voertuigen met aanhanger/caravan in acht.
•
Gebruik de
(
D
-stand wanneer u een aanhanger/caravan op een vlakke weg trekt.
■
Draaien en remmen
•
Draai langzamer en met een wijdere draaicirkel dan normaal.
•
Neem meer tijd en afstand voor het remmen.
•
Voer geen abrupte remmanoeuvres of veranderingen van richting uit.
■
In heuvelachtig terrein rijden
•
Let goed op het controlelampje hoge temperatuur. Als het controlelampje blijft branden,
schakelt u het klimaatregelsysteem uit en verlaagt u de snelheid. Ga indien nodig op een
veilige plek langs de weg staan om de motor te laten afkoelen.
uuAanhanger/caravan trekkenuVeilig rijden met een aanhanger/caravan
495