Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Wilo Stratos GIGA2.0-I Inbouw- En Bedieningsvoorschriften pagina 96

Verberg thumbnails Zie ook voor Stratos GIGA2.0-I:
Inhoudsopgave

Advertenties

nl
96
Selecteer in het menu
„Instellingen"
1.
„Externe interfaces"
2.
„Instelling Wilo Net"
3.
„Wilo Net adres" en wijs aan elke pomp een eigen adres (1 – 21) toe.
Voorbeeld dubbelpomp:
Pompkop links (I)
Wilo Net-terminering: AAN
Wilo Net adres: 1
Pompkop rechts (II)
Wilo Net-terminering: AAN
Wilo Net adres: 2
Voorbeeld Multi-Flow Adaptation met vier pompen:
Pomp primair
Wilo Net-terminering: AAN
Wilo Net adres: 1
Pomp secundair 1:
Wilo Net-terminering: UIT
Wilo Net adres: 2
Pomp secundair 2:
Wilo Net-terminering: UIT
Wilo Net adres: 3
Pomp secundair 3:
Wilo Net-terminering: AAN
Wilo Net adres: 4
LET OP
Als er een Multi-Flow Adaptation systeem bestaande uit dubbelpompen
wordt opgebouwd, houd er dan rekening mee dat er maximaal 5 dubbel-
pompen via het Wilo Net in de MFA-combinatie met elkaar kunnen com-
municeren. Naast deze maximaal 5 dubbelpompen kunnen er nog 10 an-
dere enkelpompen in de combinatie worden opgenomen.
LET OP
Een dubbelpomp als primaire pomp of dubbelpompen als secundaire
pompen in combinatie met de Multi-Flow Adaptation moeten verplicht
eerst als zodanig worden geconfigureerd. Voer pas daarna alle instellin-
gen voor de Multi-Flow Adaptation in het display uit.
Andere voorbeelden:
De primaire pomp van een Multi-Flow Adaptation systeem is een dubbelpomp en het gehe-
le systeem moet via een gateway op afstand kunnen worden gecontroleerd.
Primaire dubbelpomp = 2 deelnemers (bijv. ID 1 en ID 2)
Wilo-Smart Gateway = 1 deelnemer (bijv. ID 21)
Er zijn maximaal 18 pompen aan de secundaire kant in het MFA-systeem (ID 3 – 20).
In de Wilo Net instellingen wordt aangegeven dat de Wilo Net ID-adresruimte kan worden
ingesteld van 1 – 126.
Voor een goed werkende Wilo Net verbinding tussen pompen en toebehoren staat echter
alleen de ID-adresruimte van 1 – 21 ter beschikking. Daarom kunnen er maximaal 21 deel-
nemers in het Wilo Net communiceren.
Hogere ID's leiden ertoe dat Wilo Net deelnemers met hogere ID's niet goed met de andere
deelnemers kunnen communiceren.
Het kleinste Wilo Net „communicatienetwerk" bestaat uit 2 deelnemers (bijv. bij dubbel-
pompen of 2 enkelpompen als dubbelpomp). Meestal worden de deelnemers dan met ID 1
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Stratos GIGA2.0-I/-D/-B • Ed.01/2024-08

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Stratos giga2.0-dStratos giga2.0-b

Inhoudsopgave