Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gewenste Waarde-Gever-Signaaltypen; Configuratie Gewenste Waarde-Gever - Wilo Stratos GIGA2.0-I Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Verberg thumbnails Zie ook voor Stratos GIGA2.0-I:
Inhoudsopgave

Advertenties

Sensorpositie selecteren
Analoge ingang (AI1)
Pompflens
Normconforme positie
Overige positie
Fig. 70: Sensorpositie selecteren
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Stratos GIGA2.0-I/-D/-B • Ed.01/2024-08
Er is keuze uit de volgende sensorposities:
Pompflens: Meetpunten voor verschildruk bevinden zich aan de boorgaten aan de pomp-
flenzen van de pomp, aan de druk- en aan de zuigzijde. Deze sensorpositie houdt reke-
De sensorpositie
houdt rekening met een
flenscorrectie en
ning met een flenscorrectie.
kan voor de bepaling van
opvoerhoogte en
debiet van de
pomp worden
Positie normconform: Meetpunten voor verschildruk bevinden zich in de leiding vóór en
gebruikt.
na de pomp aan de druk- en zuigzijde op een afstand van de pomp. Deze sensorpositie
houdt geen rekening met een flenscorrectie.
Overige positie: Deze is voorzien voor de zoneregeling op een ver verwijderd punt in het
systeem. Een aanvullende verschildruksensor voor de bepaling van opvoerhoogte en de-
biet van de pomp kan op de pompflens of op de normconforme positie worden aangeslo-
ten. Deze sensorpositie houdt geen rekening met een flenscorrectie.
Afhankelijk van de gebruikswijze staan de volgende signaaltypen ter beschikking:
Gebruikswijze
Gewenste waarde-gever
Verschildruksensor
Temperatuursensor
Externe sensor
Tab. 50: Signaaltypen
Voorbeeld gewenste waarde-gever
Voor de gebruikswijze „Gewenste waarde-gever" kunnen de volgende signaaltypen worden
gekozen:

Gewenste waarde-gever-signaaltypen:

0 – 10 V: Spanningsbereik van 0 – 10 V voor de overdracht van gewenste waarden.
2 – 10 V: Spanningsbereik van 2 – 10 V voor de overdracht van gewenste waarden. Bij een
spanning onder 2 V wordt kabelbreuk gedetecteerd.
0 - 20 mA: Spanningsbereik van 0 – 20 mA voor de overdracht van gewenste waarden.
4 - 20 mA: Spanningsbereik van 4 – 20 mA voor de overdracht van gewenste waarden. Bij
een spanning onder 4 mA wordt kabelbreuk gedetecteerd.

Configuratie gewenste waarde-gever

24 V DC-voedingsspanning op analoge ingang
signaaltype
• 0 – 10 V, 2 – 10 V
• 0 – 20 mA, 4 – 20 mA
• 0 – 10 V, 2 – 10 V
• 0 – 20 mA, 4 – 20 mA
• PT1000 (alleen bij AI3 en AI4)
• 0 – 10 V, 2 – 10 V
• 0 – 20 mA, 4 – 20 mA
• 0 – 10 V, 2 – 10 V
• 0 – 20 mA, 4 – 20 mA
LET OP
Bij kabelbreukdetectie wordt een vervangende gewenste waarde inge-
steld.
Bij de signaaltypen „0 – 10 V" en „0 – 20 mA" kan optioneel een kabel-
breukherkenning met parametreerbare drempel worden geactiveerd (zie
configuratie gewenste waarde-gever).
LET OP
Wanneer een extern signaal op de analoge ingang als gewenste waarde-
bron wordt gebruikt, moet de gewenste waarde aan het analoge signaal
worden gekoppeld.
De koppeling moet in het contextmenu van de editor voor de betreffende
gewenste waarde worden gemaakt.
nl
89

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Stratos giga2.0-dStratos giga2.0-b

Inhoudsopgave