Aansluiting van digitale, analoge en busingangen............................. 42 Aansluiting verschildruksensor .................................. 43 Aansluiting van Wilo Net.................................... 43 Draaien van het display .................................... 44 8 Montage Wilo-Smart Connect module BT ........................... 45 9 Montage CIF-module................................ 46 10 Inbedrijfname .................................. 46 10.1 Vullen en ontluchten ...................................... 47 10.2 Beschrijving van de bedieningselementen..............................
Pagina 8
13.5 Toepassing en functie van de analoge ingangen AI1 – AI4........................ 91 13.6 Toepassing en functie van de Wilo Net-interface ........................... 104 13.7 Instelling van de Bluetooth-interface voor de Wilo-Smart Connect module BT ................ 106 13.8 Toepassing en functie van de CIF-module ............................... 107 14 Apparaatinstellingen ................................
Alle rechten voorbehouden. Voorbehoud van wijziging Wilo behoudt zich het recht voor om de genoemde gegevens zonder aankondiging vooraf te wijzigen en is niet aansprakelijk voor technische onnauwkeurigheden en/of lacunes. De gebruikte afbeeldingen kunnen afwijken van het origineel en dienen slechts als voorbeeldweergaven van het product.
Als het personeel niet over de vereiste kennis beschikt, moet het worden geschoold en geïnstrueerd. Indien nodig, kan dit in opdracht van de gebruiker door de fabrikant van het product worden uitgevoerd. WILO SE 2021-12...
• Volg de algemene richtlijnen die gelden voor de omgang met elektrische appara- ten! • Motor niet openen! • Laat de demontage en installatie van de rotor uitsluitend door de Wilo-service- dienst uitvoeren! Personen met een pacemaker mogen dergelijke werkzaamhe- den niet uitvoeren!
Voor het doelmatige gebruik van de pomp moeten ook deze inbouw- en bedienings- voorschriften en de informatie en aanduidingen op de pomp in acht worden genomen. Elke andere toepassing wordt beschouwd als verkeerd gebruik en leidt tot verlies van elke aansprakelijkheid. WILO SE 2021-12...
Reiniging en onderhoud mogen zonder toezicht niet worden uitgevoerd door kinderen. Beschrijving van de pomp De hoogrendementpomp Wilo-Stratos GIGA2.0 is een droogloperpomp met geïnte- greerde vermogensaanpassing en „Electronic Commutated Motor”-technologie (ECM). De pomp is uitgevoerd als ééntraps lagedrukcentrifugaalpomp met flensverbinding en mechanische afdichting.
Pagina 14
O-ring Afstandsring van de mechanische afdichting Waaier Waaiermoer Onderlegschijf van de waaiermoer Pomphuis Roterende eenheid van de mechanische afdichting Tegenring van de mechanische afdichting Beschermplaatje Ontluchtingsventiel Bevestigingsschroeven van de insteekset, 4x Transportogen, 2x O-ring van het contact WILO SE 2021-12...
Pos. 7: Het beschermplaatje moet worden gedemonteerd om op lekkage te contro- leren. Neem de veiligheidsvoorschriften uit het hoofdstuk „Inbedrijfname” [} 46] in acht! ƒ Pos. 8: Zie voor het installeren van de Wilo-Smart Connect module BT het hoofd- stuk „Installatie Wilo-Smart Connect module BT” [} 45]. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Neem de hoofdstukken „Toegestane inbouwposities en wijziging van de componen- tenopstelling vóór de installatie” [} 23] en „Onderhoud” [} 131] in acht. Fig. 4: Insteekset ƒ Leveringsomvang Pomp ƒ Inbouw- en bedieningsvoorschriften en conformiteitsverklaring ƒ Wilo-Smart Connect module BT ƒ Kabelschroefverbindingen met afdichtinzetstukken WILO SE 2021-12...
Traploos instelbare gewenste hoogte 1: minimale opvoerhoogte in m 37: maximale opvoerhoogte in m bij Q = 0 m³/h Nominaal motorvermogen in kW Variant, bijv. R1 Tab. 4: Type-aanduiding Zie voor een overzicht van alle productvarianten Wilo-Select/catalogus. Technische gegevens Eigenschap Waarde Opmerking Elektrische aansluiting: Spanningsbereik 3~380 V...3~440 V (±10%),...
EMC-onregelmatigheden optreden bij toepassing in huishoudelijke omgevingen (C1) met een laag elektrisch vermogen in het geleide be- reik. Neem in dit geval contact op met WILO SE om samen een snelle en geschikte uit- schakelfunctie te vinden.
ƒ Roestvrijstalen schroefverbindingen voor verschildruksensoren Voor een gedetailleerde lijst zie catalogus en documentatie voor reserveonderdelen. LET OP CIF-modules en de Wilo-Smart Connect module BT mogen uitsluitend worden ge- plaatst als de pomp spanningsvrij is. Transport en opslag Verzending De pomp wordt af fabriek in een doos verpakt of op een pallet bevestigd en beschermd tegen stof en vocht geleverd.
Draai de pompas eenmaal per week met een steeksleutel (zie Fig. 5) om de vorming van groeven op de lagers en vastkleven te voorkomen. Informeer bij Wilo welke conserveringsmaatregelen moeten worden genomen wanneer een langere opslagtijd noodzakelijk is. Fig. 5: Draaien van de as...
• Volg de algemene richtlijnen die gelden voor de omgang met elektrische appara- ten! • Motor niet openen! • Laat de demontage en installatie van de rotor uitsluitend door de Wilo-service- dienst uitvoeren! Personen met een pacemaker mogen dergelijke werkzaamhe- den niet uitvoeren!
Pagina 22
• Zorg ervoor dat de minimale volumestroom Q niet wordt onderschreden. Geschatte berekening van Q = 10% x Q x werkelijk toerental/max. toerental max. pomp WILO SE 2021-12...
De ontluchting van de pomp is alleen gewaarborgd als het ontluchtingsventiel omhoog wijst (Fig. 8, pos. 1). Alleen in deze positie (0°) kan het condensaat gericht worden afgevoerd via aanwezige boorgaten, het pomplantaarnstuk en de motor (Fig. 8, pos. 2). Fig. 8: Toegestane inbouwposities met hori- zontale motoras Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
• Nooit zonder hijsmiddelen gebruiken! Draai de schroef (Fig. I en Fig. III, pos. 10) los om het fixatieplaatje van de verschil- druksensor (Fig. I, pos. 13) los te maken van de motorflens. Laat de verschildruk- sensor (Fig. I, pos. 8) met fixatieplaatje (Fig. I , pos. 13) aan de drukmeetleidingen WILO SE 2021-12...
Pagina 25
Draai daarna de schroeven (Fig. I, pos. 10) vast. 10. Sluit de aansluitkabel van de verschildruksensor (Fig. I, pos. 8) weer aan. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
(Fig. I, pos. 7) hangen. Koppel de aansluitkabel van de verschildruksensor in de elektronicamodule los. Druk de insteekset (zie Fig. 4) van het pomphuis af. Gebruik daarvoor de 2 draad- boringen (zie Fig. 10). Draai M10-schroeven met een geschikte lengte in de draad- boringen om de zitting los te maken. WILO SE 2021-12...
Pagina 27
25. Leid de insteekset (Fig. 4) met het ontluchtingsventiel omhoog in het pomphuis. Let daarbij op de toegestane inbouwposities van de componenten. Het gebruik van de montagebouten wordt aanbevolen (zie het hoofdstuk „Toebehoren” [} 19]). Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 28
R ⅛ mes- Handvast Monteren met WEI- ding capillaire sing CONLOCK buis naar het AN 305-11 pomphuis 0° Schroefverbin- Fig. I, pos. 6 M8x1 mes- Alleen vernikkelde ding capillaire sing ver- moeren (CV) buis, wartel- nikkeld moer 90° DN 100... DN 125 WILO SE 2021-12...
(bijv. vervangen van de mechanische afdichting) of vervanging moge- lijk. ƒ Installeer boven de opstelplaats van grote pompen een voorziening voor het aan- brengen van een hijswerktuig. Totaalgewicht van de pomp: zie de catalogus of het gegevensblad. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 30
Als er vloeistof in de stroomrichting of tegen de stroomrichting in door de pomp stroomt, dan kan dit onherstelbare schade aan de aandrijving veroorzaken. Bouw aan de perszijde van elke pomp een terugslagklep in! r ≈ 2,5 * (d-2s) 5 x DN Fig. 11: Stabiliseringszone voor en achter de pomp WILO SE 2021-12...
1525 Waarden conform NEN-EN-ISO 5199 – klasse II (2002) – bijlage B Tab. 7: Toegestane krachten en momenten op de pompflenzen in een verticale leiding Fig. 13: Belastingsgeval 16A, EN ISO 5199, bij- lage B Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 32
Voor hogere temperaturen moeten de waarden als volgt worden gecorrigeerd, afhanke- lijk van de verhouding van de elasticiteitsmodules: / E t, gietijzer 20, gietijzer = elasticiteitsmodule gietijzer bij de gekozen temperatuur t, GG = elasticiteitsmodule gietijzer bij 20 °C 20, GG WILO SE 2021-12...
Bij dubbelpompen in een dubbelpomphuis is de linkerpomp, gezien in de stroom- richting, af fabriek geconfigureerd als hoofdpomp. De verschildruksensor is op deze pomp gemonteerd. De kabel voor de buscommunicatie Wilo Net is af fabriek even- eens op deze pomp gemonteerd en geconfigureerd.
Voor het registreren van 1 of 2 temperaturen moeten de temperatuursensoren op ge- schikte plekken in de leiding zijn geïnstalleerd. De temperatuursensoren worden in het pompmenu geconfigureerd. Gedetailleerde informatie over de sensorposities voor elke regelingsmodus van de pomp vindt u in de ontwerprichtlijnen. Zie www.wilo.com. LET OP Als toebehoren verkrijgbaar: temperatuursensor PT1000 voor aansluiting op de pomp (tolerantieklasse AA con- form IEC 60751)
• Verwijder voor het openen eventueel aanwezig water (bijv. op het display) door dit volledig weg te vegen. Het binnendringen van water moet altijd worden voor- komen! Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 36
Zie de tabel „Aandraaimomenten elektronicamodule” [} 45] in het hoofdstuk „Draaien van het display” [} 44]. Let erop dat er tussen de kabelschroefverbinding en kabeldoorgang een afdichting is gemonteerd. De combinatie van kabelschroefverbinding en kabeldoorgang moet overeenkomstig de volgende tabel „Kabelaansluitingen” worden uitgevoerd: WILO SE 2021-12...
(24 V DC) Tab. 9: Kabelaansluitingen Kabelvereisten Klemmen zijn bestemd voor starre en flexibele fases met en zonder adereindhulzen. Als er flexibele kabels worden gebruikt, wordt aanbevolen om adereindhulzen te ge- bruiken. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
De klemaansluitingen voor alle kabelaansluitingen in de elektronicamodule komen overeen met de push-in-techniek. Ze kunnen met een sleufschroevendraaier van het type SFZ 1 - 0,6 x 0,6 mm worden geopend. Uitzondering: Wilo-Smart Connect module Lengte van de te verwijderen isolatie De te isoleren lengte van de kabels voor de klemaansluiting bedraagt 8,5 mm...9,5 mm.
[} 28]. Gebruik uitsluitend een gekalibreerde draaimomentsleutel! Stroomtype en spanning op het typeplaatje in acht nemen. Breng de elektrische aansluiting tot stand via een vaste aansluitkabel met een stekker of een meerpolige schakelaar met een contactopening van ten minste 3 mm breed. WILO SE 2021-12...
Pagina 41
(RCM) wordt gebruikt ter bescherming bij direct of indirect contact, is aan de stroomtoevoerzijde van dit product alleen een RCD of RCM van het type B toege- staan. ƒ Aanduiding: ƒ Uitschakelstroom:> 30 mA Netzijdige zekering: max. 25 A Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
3 kabels worden doorgevoerd. Gebruik daarvoor de betreffende meervoudige afdichtinzetstukken. Fig. 24: Schermklem LET OP De tweevoudige afdichtinzetstukken maken deel uit van de leveringsomvang. Als er drievoudige inzetstukken nodig zijn, moet ervoor worden gezorgd dat deze ter plaatse aanwezig zijn. WILO SE 2021-12...
Zie het hoofdstuk „Dubbelpompinstallatie/Y-buisinstallatie” [} 33]. Aansluiting van Wilo Net Wilo Net is een Wilo systeembus voor het tot stand brengen van de onderlinge commu- nicatie tussen Wilo producten: ƒ...
Elektrische aansluiting Om de Wilo Net verbinding tot stand te brengen, moeten de 3 klemmen H, L, GND met een communicatieleiding van pomp tot pomp worden bedraad. Binnenkomende en uitgaande kabels worden in een klem vastgezet. Mogelijke kabel voor de Wilo Net communicatie: ƒ...
De Bluetooth-interface van de Wilo-Smart Connect module BT (Fig. 25, pos. 3 en Fig. 26) is bestemd voor koppeling met mobiele eindapparaten, zoals een smartphone en tablet. Met de Wilo-Smart Connect-app kan de pomp worden bediend, ingesteld en kunnen pompgegevens worden uitgelezen. Zie voor de instellingen het hoofdstuk „In- bedrijfname”...
Als de Wilo-Smart Connect module BT alleen gecontroleerd moet worden, hoeft het bovenste gedeelte van de elektronicamodule niet gedemonteerd te worden. Ga als volgt te werk bij een controle: Draai de schroef van de afdekking van de Wilo-Smart Connect module los en open de afdekking. Controleer de Wilo-Smart Connect module BT.
Afhankelijk van de systeemdruk kan de vloeistof er onder hoge druk uitschieten. • Open de ontluchtingsvoorziening altijd heel voorzichtig. • Bescherm de elektronicamodule bij het ontluchten tegen lekkend water. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
• terug naar het vorige menuniveau (1 x kort drukken) • terug naar de vorige instelling (1 x kort drukken) • terug naar het hoofdmenu (1 x langer drukken, > 2 se- conden) Schakelt in combinatie met de contexttoets de vergren- deling aan of uit (> 5 seconden). WILO SE 2021-12...
Tab. 15: Beschrijving van de bedieningselementen *Door de vergrendeling te configureren, kan de pompinstelling niet onbedoeld worden gewijzigd. Dat is bijvoorbeeld het geval als er via Bluetooth of Wilo Net via de Wilo- Smart Connect gateway met de Wilo-Smart Connect app toegang wordt verkregen tot de pomp.
Bij de eerste inbedrijfname van de pomp verschijnt op het display het menu voor de eerste instelling. LET OP De fabrieksinstelling bij variant ... R1 (zonder verschildruksensor bij de levering) is de basisregelingsmodus „Constant toerental”. De hierna genoemde fabrieksinstelling heeft betrekking op de variant met een af fabriek ingebouwde verschildruksensor. WILO SE 2021-12...
Normaal bedrijf Overige instellingen Fig. 32: Hoofdmenu Sym- Betekenis bool Startscherm Instellingen Diagnose en meetwaarden Herstellen en terugzetten Help Tab. 16: Hoofdmenusymbolen 10.3.5 Hoofdmenu „Startscherm” In het menu „Startscherm” kunnen de gewenste waardes worden gewijzigd. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 52
Weergave actueel ingestelde toepassing en regelings- modus. Gewenste waarde- Weergave actueel ingestelde gewenste waarde. weergaveveld Gewenste waarde- Geel kader: De gewenste waarde-editor is door drukken editor van de bedieningsknop geactiveerd en er is een waarde- verandering mogelijk. WILO SE 2021-12...
Een pijl boven- of onderaan een menubereik geeft aan, dat andere submenu-items in dit bereik aanwezig zijn. Deze submenu-items worden door draaien van de be- Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Bestaande parameters wor- den daarbij opnieuw bevestigd, maar niet veranderd. Gebruikswijze selecteren Analoge ingang (AI2) Analoge ingang als gewenste waarde-gever gebruiken, Niet geconfigureerd bijv. voor opvoerhoogte Gewenste waarde-gever Verschildruksensor Temperatuursensor Externe sensor Fig. 35: Instellingsdialoog WILO SE 2021-12...
Pagina 55
Is een fout actief, stopt het bedrijf van de pomp. (Zie het hoofdstuk „Foutmeldin- gen” [} 120]). Voorbeeld: een te hoge omgevingstemperatuur. Andere statusaanduidingen kunnen, voor zover aanwezig, door draaien van de bedie- ningsknop naar het overeenkomstige symbool, worden weergegeven. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Uitgaande van een bepaalde benodigde opvoerhoogte die aan de hand van het dimen- sioneringspunt moet worden ingesteld, past de pomp het pompvermogen variabel aan het benodigde debiet aan. Het debiet varieert door de geopende en gesloten ventielen WILO SE 2021-12...
Pagina 57
De pomp regelt in het bereik van de karakteristiek een ingestelde debietstroom Q gew. Multi-Flow Adaptation Met de regelingsmodus Multi-Flow Adaptation wordt het debiet in het generator- of transportcircuit (primaire circuit) aan het debiet in de verbruikerscircuits (secundaire Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
De Wilo-Stratos GIGA2.0 transportpomp is verbonden met de Wilo-Stratos GIGA2.0 en ook met de Wilo-Stratos MAXO pompen in de secundaire circuits met Wilo Net dataka- bels. De transportpomp krijgt van elke secundaire pomp apart continu in korte intervallen het op dat moment benodigde debiet.
Bij te weinig toevoer in het deellastbereik moet de waarde worden verhoogd. ƒ Bij te veel toevoer in het deellastbereik kan de waarde worden verlaagd. Er kan meer energie worden bespaard en stromingsgeluiden worden gereduceerd. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Selectie via de toepassing Kies in het menu „Instellingen” achtereenvolgens: „Regelbedrijf instellen” „Instellingsassistent” Mogelijke toepassingsselectie: Toepassing Menu voor de instelling van de Verwarmen pompfuncties. Koelen Verwarmen en koelen Drinkwater Basisregelingstypen Fig. 39: Toepassingsselectie Als voorbeeld dient de toepassing „Verwarmen”. WILO SE 2021-12...
Voorbeeld: installatietype „Radiator”. Type installatie De pomp levert aan Radiator radiatoren. Vloerverwarming Plafondverwarming Luchtverwarmers Betonkernverwarming Open verdeler Instellingshulp Fig. 41: Voorbeeld installatietype „Radiator” Door draaien van de bedieningsknop installatietype „Radiator” kiezen en door drukken bevestigen. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 62
Actueel: Motor aan Fig. 43: Instellingsassistent LET OP In de fabrieksinstelling is de verschildruksensor van de Stratos GIGA2.0-I/-D al op de analoge ingang op 2 – 10 V geconfigureerd. Er is geen verdere instelling van de analoge ingang voor een regelingsmodus met verschildruk (Dynamic Adapt plus, Δp‑v, Δp‑c) en debiet constant (Q-const) nodig.
Pagina 63
Instellen van de regelfuncties Bij de Stratos GIGA2.0-I/-D... R1 is af fabriek geen analoge ingang geconfigureerd. De analoge ingang moet bij elke regelingsmodus actief worden geconfigureerd. Als er geen analoge ingang voor een regelingsmodus met verschildruk (Dynamic Adapt plus, Δp‑v, Δp‑c) en debiet constant (Q-const) is geconfigureerd, dan ver- schijnt de waarschuwing „Opvoerhoogte/doorstroming onbekend”...
Pagina 66
Is de selectie gemaakt, verschijnt het submenu „Instellingsassistent” met de weergave van het geselecteerde installatietype en de regelingsmodus. LET OP Pas wanneer alle instellingen voor de toepassing „Verwarmen en koelen” zijn uitge- voerd, is het menu „Omschakeling verwarmen/koelen” voor verdere instellingen ter beschikking. Omschakeling verwarmen/koelen WILO SE 2021-12...
De pomp wordt handmatig naar de toepassing koelen Verwarmen geschakeld. Koelen Automatisch Binaire ingang Fig. 49: Omschakeling Verwarmen/Koelen_Koelen Andere instellingen (bijv. invoer gewenste waarde, „Q-Limit ”, ...) kunnen in het menu „Regelbedrijf instellen” worden uitgevoerd. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 68
• moeten de omschakeltemperaturen voor verwarmen en koelen op dezelfde tem- peratuur worden ingesteld. • moet de omschakelmethode met een binaire ingang worden gekozen. Voor een externe omschakeling tussen „Verwarmen & koelen” in het menu „Omscha- keling verwarmen/koelen” „Binaire ingang” kiezen. WILO SE 2021-12...
Vloerverwarming Verschildruk Δp-c Dynamic Adapt plus Loodstemperatuur T-const. Plafondverwarming Verschildruk Δp-c Dynamic Adapt plus Loodstemperatuur T-const. Luchtverwarmers Verschildruk Δp-v Dynamic Adapt plus Loodstemperatuur T-const. Betonkernverwarming Verschildruk Δp-c Dynamic Adapt plus Aanvoer-/retour-ΔT Debiet Q-const. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 70
Tab. 24: Toepassing verwarmen Vooraf vastgestelde installatietypes met regelingsmodi en optionele extra regelfuncties in de instellingsassistent: Toepassing koelen Installatietype/regelingsmodus No-Flow Stop Q-Limit Q-Limit Multi-Flow Adaptation Menger Plafondkoeling Verschildruk Δp-c Dynamic Adapt plus Loodstemperatuur T-const. WILO SE 2021-12...
Pagina 71
Debiet Q-const. Terugkoelcircuit Debiet Q-const. Koelingsdistributiecircuit Verschildruk Δp-c Verschildruk Δp-v Slechtste punt Δp-c Basisregelingsmodi Verschildruk Δp-c Verschildruk Δp-v Slechtste punt Δp-c Dynamic Adapt plus Debiet Q-const. Multi-Flow Adaptation Temperatuur T-const. Temperatuur ΔT-const. Toerental n-const. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
In het hierna beschreven menu „Regelbedrijf instellen” kunnen alleen de menu-items stellen worden geselecteerd, die bij de nu gekozen regelfunctie ook kunnen worden toegepast. Daarom is de lijst van de mogelijke menu-items veel langer dan het aantal tegelijk weergegeven menu-items. WILO SE 2021-12...
Pagina 73
Gewenste debietwaarde (Q-const.) Instellen van de debiet-gewenste waarde voor de regelingsmodus „Debiet Q- Zichtbaar bij actieve regelingsmodi, die const.” een debietstroom als gewenste waarde vereisen. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 74
Overzicht van het aantal aangesloten se- cundaire pompen en de behoeftes hier- Zichtbaar bij Multi-Flow Adaptation. van. Debiet Offset Pompen zonder Wilo Net communicatie kunnen in de Multi-Flow Adaptation in- Zichtbaar bij Multi-Flow Adaptation. stallatie door een instelbare offset-de- bietstroom worden voorzien.
Pagina 75
In- en uitschakelen van de pomp met lage prioriteit. Een oversturing MAX, MIN, Altijd zichtbaar. HANDMATIG schakelt de pomp in. Tab. 27: Instellingsmenu - Regelbedrijf instellen Voorbeeld: „Multi-Flow Adaptation” via installatietype „Open verdeler” Voorbeeld: installatietype „Open verdeler”. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 76
Fig. 55: Voorbeeld regelingsmodus „Multi-Flow Adaptation” Selecteer de regelingsmodus „Multi-Flow Adaptation” door de bedieningsknop te draaien en bevestig uw keuze door deze in te drukken. Als de selectie is bevestigd, wordt deze in het menu „Instellingsassistent” weergege- ven. WILO SE 2021-12...
Fig. 57: Instellingsassistent – Selectie secundaire pompen Selecteer „Selectie secundaire pompen” door de bedieningsknop te draaien en bevestig uw keuze door deze in te drukken. Bij de door Wilo Net herkende pompen moet elke partnerpomp als secundaire pomp worden geselecteerd. Selectie MFA leidingpompen Deze pomp signaleert Selectie beëindigen...
Pagina 78
Selecteer „Ingeschakeld” door de bedieningsknop te draaien en bevestig uw keuze door deze in te drukken. Vervolgens moeten de temperatuursensoren op de transportpomp op de analoge in- gangen AI3 en AI4 worden geconfigureerd. Selecteer daarvoor in het menu „Regelbe- WILO SE 2021-12...
De UIT-functie is geen veiligheidsfunctie en vervangt niet het spanningsvrij schake- len voor onderhoudswerkzaamheden. Functies zoals de pomp-kick kunnen de pomp laten starten ook al is de UIT-functie ingesteld. • Schakel de pomp vóór alle werkzaamheden altijd spanningsloos! Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Tab. 31: Regelingsmodi functie HANDMATIG Dubbelpompbedrijf 12.1 Dubbelpompmanagement Alle Stratos GIGA2.0-pompen zijn uitgevoerd met een geïntegreerd dubbelpompmana- gement. In het menu „Dubbelpompbedrijf” kan een dubbelpompverbinding tot stand worden gebracht of worden verbroken. Ook de dubbelpompfunctie kan hier worden ingesteld. WILO SE 2021-12...
Pagina 81
Wilo Net met kabels tussen de pompen worden geïnstalleerd. Stel vervolgens in het menu bij „Instellingen/Externe interfaces/Instelling Wilo Net” de terminering en het Wilo Net adres in. Voer daarna in het menu „Instellingen”, submenu „Dubbelpompbedrijf” de instellingen voor „Dubbelpomp verbinden” in.
LET OP Zie voor de installatie van 2 enkelpompen tot 1 dubbelpomp de hoofdstukken „Dub- belpompinstallatie/Y-buisinstallatie” [} 33], „Elektrische aansluiting” [} 34] en „Toepassing en functie van de Wilo Net interface” [} 104]. 12.2 Dubbelpompgedrag Beide pompen worden door de hoofdpomp geregeld; hierop is een verschildruksensor aangesloten.
„Instellingen” „Dubbelpompbedrijf” „Dubbelpomp verbinden”. Wanneer de Wilo Net-verbinding tot stand is gebracht (zie het hoofdstuk „Wilo Net” [} 104]), verschijnt onder „Dubbelpomp verbinden” een lijst van bereikbare en passende dubbelpomppartners. Passende dubbelpomppartners zijn pompen van hetzelfde type. Wanneer de dubbelpomppartner is geselecteerd, schakelt het display van deze dubbel- pomppartner in (focus-modus).
Situatie 5 – parallel bedrijf: alleen de hoofdpomp en partnerpomp draaien. Weergave op het display van de hoofd- Weergave op het display van de partner- pomp pomp Communicatie-interfaces: In- Selecteer in het menu „Instellingen” stelling en functie „Externe interfaces”. Mogelijke selectie: WILO SE 2021-12...
SSM. Een ingestelde SSM-activeringsvertraging van 0 seconden meldt fouten of waarschu- wingen onmiddellijk. Wanneer een foutmelding of waarschuwing slechts kort optreedt (bijvoorbeeld bij een los contact), voorkomt de resetvertraging dat het SSM-signaal fladdert. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Als SBM is ingesteld op „bedrijfsklaar”, schakelt het SBM-relais niet bij een actieve No-Flow Stop. Na het bevestigen van één van de keuzemogelijkheden worden de SBM-activeringsver- traging en de SBM-resetvertraging ingevoerd. Instelling Bereik in seconden SBM-activeringsvertraging 0 s tot 60 s SBM-resetvertraging 0 s tot 60 s Tab. 36: Activerings- en resetvertraging WILO SE 2021-12...
Bij de instelling „Gedwongen actief” is het relais permanent geactiveerd, zodat bijvoor- beeld een waarschuwing/bedrijfsaanwijzing (lamp) permanent wordt weergegeven/ge- meld. Bij de instelling „Gedwongen niet-actief” is het relais permanent zonder signaal, zodat geen bevestiging van een waarschuwing/bedrijfsaanwijzing kan gebeuren. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
EXT. UIT actief: het contact is geopend, de pomp wordt gestopt (uit). ƒ EXT. UIT niet actief: het contact is gesloten, de pomp draait in regelbedrijf (aan). ƒ Hoofdpomp: dubbelpomppartner met aangesloten verschildruksensor ƒ Partnerpomp: dubbelpomppartner zonder aangesloten verschildruksensor WILO SE 2021-12...
Als alternatief kan in plaats van een eigen stuurkabel ook een kabelbrug op de partner- pomp zijn geplaatst. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 90
Tijdens het normale bedrijf heeft het in- of uitschakelen van de pomp via de DI-in- gang met EXT. UIT de voorkeur boven het schakelen via de netspanning! Prioriteiten oversturingsfunctie Prioriteit* Werking UIT, Extern UIT (binaire ingang), Extern UIT (bus-installatie) WILO SE 2021-12...
Niet geconfigureerd, 0 – 10 V Fig. 67: Functie analoge ingang LET OP In de fabrieksinstelling is de verschildruksensor van de Stratos GIGA2.0-I/-D vooraf op 2 – 10 V geconfigureerd. Bij de Stratos GIGA2.0-I/-D ... R1 is af fabriek geen analoge ingang geconfigureerd. Voorbeeld: Instellen van een externe gewenste waarde-gever voor Δp-v Kies na de selectie van een van de mogelijkheden „Functie analoge ingang...
LET OP Bij kabelbreukdetectie wordt een vervangende gewenste waarde ingesteld. Bij de signaaltypen „0 – 10 V” en „0 – 20 mA” kan optioneel een kabelbreukherken- ning met parametreerbare drempel worden geactiveerd (zie configuratie gewenste waarde-gever). Configuratie gewenste waarde-gever Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 94
Actueel: 6,0 m No-Flow Stop Actueel: Uitgeschakeld Q-Limit Max Status: Uitgeschakeld Fig. 69: Gewenste waarde-editor Gewenste waarde-editor kiezen en door drukken van de bedieningsknop bevesti- gen. Contexttoets drukken en „Gewenste waarde van externe bron” kiezen. Selectie mogelijke gewenste waardebronnen: WILO SE 2021-12...
Pagina 95
Na selectie van een van de externe bronnen is het menu „Externe gewenste waarde- bron” beschikbaar om de parametrering van de externe bron uit te voeren. Selecteer daarvoor in het menu „Instellingen” het volgende: „Regelbedrijf instellen” „Externe gewenste waardebron” Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 96
Wanneer een analoge ingang als bron dient, moet de gewenste waardebron worden ge- configureerd. Daartoe „Gewenste waardebron selecteren” kiezen. Ingang voor externe gewenste waarde instellen Gewenste waardebron selecteren Gewenste waardebron selecteren Reserve setpoint bij kabelbreuk Tab. 49: Ingang voor externe gewenste waarde instellen Mogelijke selectie van in te stellen gebruikswijzen: WILO SE 2021-12...
Pagina 97
Voor gewenste waarde-gever Stel de analoge ingang in op signaaltype 0...10 V PT1000 0 – 10 V 2 – 10 V 0 – 20 mA 4 – 20 mA Fig. 74: signaaltype Na selectie van het signaaltype wordt vastgelegd, hoe standaardwaarden worden ge- bruikt: Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
De signaalsterkte onder de ingestelde grenswaarde wordt als Uitgeschakeld kabelbreuk aangeduid. Ingeschakeld Fig. 76: Optionele kabelbreukherkenning Wanneer „Uitgeschakeld” wordt geselecteerd, gebeurt geen kabelbreukdetectie. Wanneer „Ingeschakeld” wordt geselecteerd, gebeurt de kabelbreukdetectie alleen on- der een in te stellen grenswaarde. WILO SE 2021-12...
Pagina 99
Vervolgens gebeurt de MIN-signaal/waarde-toewijzing en de MAX-signaal/waarde- toewijzing. AAN/UIT door analoog signaal Analoge ingang (AI2) Het analoge signaal verandert de gewenste waarde Uitgeschakeld schakelt de pomp via een grenswaarde IN Ingeschakeld of UIT. Fig. 78: Aan/uit door analoog signaal Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 100
Wanneer alle signaal/waarde-toewijzingen zijn uitgevoerd, is de instelling van de analo- ge gewenste waardebron afgesloten. Er opent een editor voor de instelling van de vervangende gewenste waarde bij kabel- breuk of bij verkeerde configuratie van de analoge ingang. WILO SE 2021-12...
De selectie van de analoge ingang als aansluiting voor een sensor vereist de over- eenkomstige configuratie van de analoge ingang. Eerst het overzichtsmenu openen, om de actuele configuratie en gebruik van de analo- ge ingang te zien. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 102
Eventueel moet een andere bron worden geselecteerd. Na selectie van een actuele waardegever, het „Signaaltype” selecteren: Signaaltype analoge ingang (AI3) Voor temperatuursensor Stel de analoge ingang in op signaaltype 0...10 V PT1000 0 – 10 V 2 – 10 V 0 – 20 mA 4 – 20 mA Fig. 84: Signaaltype WILO SE 2021-12...
Pagina 103
LET OP Wanneer het signaaltype PT1000 is geselecteerd, is het mogelijk om een tempera- tuurcorrectiewaarde voor de gemeten temperatuur in te stellen. Daardoor kan de elektrische weerstand van een lange sensorkabel worden gecompenseerd. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Loods 13.6 Toepassing en functie van de Wilo Wilo Net is een bus-installatie, waarmee maximaal 21 Wilo-producten (deelnemers) Net-interface met elkaar kunnen communiceren. De Wilo-Smart Gateway telt daarbij als 1 deelnemer. Toepassing bij: ƒ Dubbelpompen, bestaande uit 2 deelnemers ƒ...
Wilo-Smart Gateway = 1 deelnemer (bijv. ID 21) Er zijn maximaal 18 pompen aan de secundaire kant in het MFA-systeem (ID 3 – 20). In de Wilo Net instellingen wordt aangegeven dat de Wilo Net ID-adresruimte kan wor- den ingesteld van 1 – 126. Voor een goed werkende Wilo Net verbinding tussen pompen en toebehoren staat ech- ter alleen de ID-adresruimte van 1 – 21 ter beschikking.
Communicatie-interfaces: Instelling en functie 21 deelnemers in het Wilo Net communiceren. Hogere ID's leiden ertoe dat Wilo Net deelnemers met hogere ID's niet goed met de an- dere deelnemers kunnen communiceren. Het kleinste Wilo Net „communicatienetwerk” bestaat uit 2 deelnemers (bijv. bij dub- belpompen of 2 enkelpompen als dubbelpomp).
Apparaatinstellingen Fig. 88: Interface Bluetooth Als de Wilo-Smart Connect module BT is geplaatst en het menupunt „Instelling Blue- tooth” verschijnt niet, controleer dan de ledweergave op de module. Analyseer de sto- ring met behulp van de bedieningshandleiding van de Wilo-Smart Connect module BT.
Apparaatinstellingen ƒ Display-lichtsterkte ƒ Land, taal, eenheden ƒ Bluetooth Aan/Uit (deze instellingsoptie verschijnt alleen als de Wilo-Smart Connect module BT is ge- plaatst) ƒ Vergrendeling aan ƒ Apparaatgegevens ƒ Pomp-kick 14.1 Display-lichtsterkte Onder „Instellingen” „Apparaatinstelling” „Display-lichtsterkte” kan de display-lichtsterkte worden veranderd. De helderheidswaarde wordt aange- geven in procenten.
Apparaatinstellingen LET OP Als de Wilo-Smart Connect module BT is geplaatst, is Bluetooth ingeschakeld. 14.4 Vergrendeling aan De vergrendeling voorkomt verstellen van de ingestelde pompparameter door onbe- voegde personen. „Instellingen” „Apparaatinstelling” „Vergrendeling aan” kan de vergrendeling worden geactiveerd. Gelijktijdig drukken (> 5 seconden) van de „Terug”- en „Context”-...
Overzicht van de analoge ingangen AI1 – AI4 ƒ Dwangsturing SSM/SBM (zie ook het hoofdstuk „Communicatiepunten: instellingen en functie” [} 84] ƒ Informatie over het apparaat (bijv. versie van de hard- en software, pomptype, pompnaam, serienummer) ƒ Contactgegevens van WILO SE WILO SE 2021-12...
In het menu „Diagnose en meetwaarden” „Warmte- /koudehoeveelheidsmeting” „Sensor aanvoertemperatuur” „Sensorbron selecteren” kiezen. Instelling van de sensorbron in de retour In het menu „Diagnose en meetwaarden” „Warmte- /koudehoeveelheidsmeting” „Sensor retourtemperatuur” „Sensorbron selecteren” kiezen. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
18733 de warmtehoeveelheid sinds Dagen 9 u 54 min de laatste teller reset en de meetwaarden voor de berekening van het Actueel verwarmingsvermogen: actuele verwarmingsvermogen. Actuele aanvoertemperatuur: Actuele retourtemperatuur: Actueel debiet: Warmtehoeveelheid op „0” zetten Fig. 92: Weergave warmtehoeveelheid WILO SE 2021-12...
Het is niet mogelijk om hierbij de nauwkeurigheid aan te geven, omdat deze afhangt van de volgende factoren: ƒ Hoe en waar de temperatuursensoren op de leiding zijn geplaatst. ƒ Voor welke nauwkeurigheidsklasse van de sensor is gekozen. ƒ Lengte van de sensorkabel. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Om deze gegevens te kunnen visualiseren, moet de Wilo-Smart Connect app via Blue- tooth of het Wilo Net via de Wilo-Smart Connect Gateway met de pomp worden ver- WILO SE 2021-12...
De pomp kan worden gereset naar fabrieksinstellingen. Selecteer in het menu „Herstellen en terugzetten” achtereenvolgens „Fabrieksinstelling” „Fabrieksinstelling herstellen” „Fabrieksinstelling bevestigen”. LET OP Resetten van de pompinstellingen naar fabrieksinstelling vervangt de actuele instel- lingen van de pomp! Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Gebruikswijze: verschildruk- sensor Sensorpositie: pompflens Signaaltype: 4...20 mA Niet geconfigureerd Niet geconfigureerd Niet geconfigureerd Niet geconfigureerd Niet geconfigureerd Niet geconfigureerd Wilo Net Wilo Net terminering ingeschakeld ingeschakeld Wilo Net adres Dubbelpomp: Dubbelpomp: Hoofdpomp: 1 Hoofdpomp: 1 Reservepomp: 2 Reservepomp: 2 Enkelpomp: 126...
„terug” mogelijk. 17.2 Servicecontact Bij vragen over het product en in het geval van problemen kunnen de contactgegevens van de klantenservice van de fabriek onder Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Controleer of de analoge en digitale ingangen goed zijn geconfigureerd als de pomp verkeerd gedrag vertoont. Zie voor de details de uitvoerige handleiding op www.wilo.com Als de bedrijfsstoring niet kan worden verholpen, neem dan contact op met de vak- handel of de dichtstbijzijnde Wilo-servicedienst of -vertegenwoordiging.
Extra informatie over oorzaken en oplossing: De pomp kan niet in bedrijf worden gehouden. Mogelijke oorzaken: 1. De pomp is op de onjuiste voedingsspanning aangesloten. 2. Het driefasennet is asymmetrisch belast als gevolg van ongelijkmatig aangesloten éénfaseverbruikers. WILO SE 2021-12...
Pagina 121
Controleren van de net- aansluiting Extra informatie over oorzaken en oplossing: De pomp kan niet in bedrijf worden gehouden. Mogelijke oorzaken: 1. Contactfout op netaansluitklem. 2. De zekering van een netfase is geactiveerd. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
De stroming door de Externe invloeden Vermogensregeling van de pomp wordt door exter- veroorzaken een andere pompen controle- ne invloeden in stand stroming door de ren. gehouden. pomp in de inbouw- richting. WILO SE 2021-12...
Pagina 123
Niet-plausibele sensor- De configuratie en Configuratie van de ingang waarde op de analoge het gebruikte signaal en van de aangesloten ingang AI2. leiden tot een niet sensor controleren. bruikbare sensor- waarde. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 124
Extra informatie over oorzaken en oplossing: Functies van de analoge ingangen zijn belem- merd. Sensorwaarde uit het Sensorbron of GBS Controleer de configuratie (gebouwbeheer- verkeerd geconfigu- en functie van het GBS systeem) ontbreekt. reerd. De communicatie is uitgevallen. WILO SE 2021-12...
Pagina 125
Extra informatie over oorzaken en oplossing: Pomp werkt in vervan- gend bedrijf. Elektronicamodule te De toelaatbare tem- Toelaatbare omgevings- warm. peratuur van de elek- temperatuur verzekeren. tronicamodule is Ventilatie in de ruimte ver- overschreden. beteren. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 126
Software-update aanbe- zendverbinding niet module is in storing. volen. mogelijk. Contact opnemen met de service. Extra informatie over oorzaken en oplossing: De pompfunctie is niet belemmerd. Wanneer een software- update niet volstaat, contact opnemen met de service. WILO SE 2021-12...
Pagina 127
Extra informatie over oorzaken en oplossing: Dubbelpompfunctie al- leen met twee compati- bele, qua type gelijke pompen mogelijk. Overspanning De voedingsspanning Voedingsspanning contro- is te hoog. leren Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Ingang niet passend geconfi- gureerd. De gewenste waardebron is niet juist geconfigureerd. In het contextmenu is de link naar configuratie van de gewenste waardebron. WILO SE 2021-12...
Pagina 129
De sensorbron is niet Aanvoertemperatuur CIF-module insteken. beschikbaar. aan niet aanwezige CIF-module activeren. CIF-module gekop- peld. De sensorbron of de CIF-module is niet juist geconfigureerd. In het context- menu zijn er links naar de configuratie. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 130
De sensorbron is niet Sensorwaarde aan CIF-module insteken. beschikbaar. niet aanwezige CIF- CIF-module activeren. module gekoppeld. De sensorbron of de CIF-module is niet juist geconfigureerd. In het context- menu zijn er links naar de configuratie. WILO SE 2021-12...
ƒ Installatie-/demontagewerkzaamheden: De monteur moet een opleiding hebben gevolgd voor de omgang met de noodzakelijke gereedschappen en bevestigings- materialen. Het wordt aanbevolen om de pomp door de Wilo-servicedienst te laten onderhouden en controleren. GEVAAR Levensgevaar door elektrische stroom! Het niet juist handelen bij werkzaamheden aan elektrische installaties kan overlijden door een elektrische schok tot gevolg hebben! •...
Pagina 132
• Volg de algemene richtlijnen die gelden voor de omgang met elektrische appara- ten! • Motor niet openen! • Laat de demontage en installatie van de rotor uitsluitend door de Wilo-service- dienst uitvoeren! Personen met een pacemaker mogen dergelijke werkzaamhe- den niet uitvoeren!
Zie voor meer informatie ook de Wilo-ontwerprichtlijnen voor droogloperpompen. Wilo biedt een reparatieset aan, die de vereiste onderdelen voor vervanging bevat. LET OP De magneet aan de binnenkant van de motor vormt geen gevaar voor personen met pacemakers, zolang de motor niet is geopend of de rotor is gedemonteerd.
Pagina 134
10. Draai de schroeven (Fig. I/III, pos. 10) los en verwijder deze. Verwijder, afhankelijk van het pomptype, de buitenste schroeven (Fig. 99, pos. 1). De insteekset blijft na het verwijderen van de schroeven vastzitten in het pomphuis. Er bestaat ook in ho- rizontale toestand van de motoras geen kantelgevaar. Fig. 98: Insteekset WILO SE 2021-12...
Pagina 135
LET OP Om kantelen te voorkomen, moet de insteekset indien nodig met geschikte hijsmid- delen worden ondersteund. Dat is vooral het geval als er geen montagebouten wor- den gebruikt. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Pagina 136
⇒ Uitvoering met kunststof waaier en conische verbinding (Fig. I) Plaats een steeksleutel (sleutelwijdte 22 mm) in het lantaarnstukvenster en houd de as op de sleutelvlakken vast (Fig. 101, pos. 1). Waaiermoer in de waaiernaaf draaien tot de aanslag. WILO SE 2021-12...
Pagina 137
Neem de maatregelen van de inbedrijfname in acht (zie het hoofdstuk „Inbedrijfna- me” [} 46]). 18. Klem de aansluitkabel van de verschildruksensor/netaansluitleiding vast. 19. Afsluiters voor en achter de pomp openen. 20. Zekering weer inschakelen. Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
• Motor niet openen! • Laat demontage en installatie van de motorflens en de lagerplaat voor onder- houds- en reparatiewerkzaamheden alleen door de Wilo-servicedienst uitvoeren! LET OP De magneet aan de binnenkant van de motor vormt geen gevaar voor personen met pacemakers, zolang de motor niet is geopend of de rotor is gedemonteerd.
19.2.4 Vervangen moduleventilator Zie voor het demonteren van de module het hoofdstuk „Elektronicamodule vervan- gen” [} 138]. Demontage van de ventilator: Open de afdekking van de elektronicamodule. Fig. 103: Afdekking elektronicamodule openen Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos GIGA2.0-I, Wilo-Stratos GIGA2.0-D...
Fig. 106: Moduleventilator incl. kabel en rub- beren afdichting verwijderen Montage van de moduleventilator: Monteer de nieuwe moduleventilator in de omgekeerde volgorde. 19.2.5 Vervangen batterij De batterij (knoopcel CR2032) zit onder het display. WILO SE 2021-12...
Fig. 108: Display- en bedieneenheid optillen, batterij vervangen Reserveonderdelen Schaf originele reserveonderdelen uitsluitend via de vakhandel of de Wilo-servicedienst aan. Om vragen en verkeerde bestellingen te voorkomen, dienen bij elke bestelling alle gegevens op het typeplaatje van de pomp een aandrijving te worden vermeld. Type- plaatje pomp zie Fig. 2, pos. 1.
De batterij moet worden vervangen als de batterijspanning te laag is. Er verschijnt een waarschuwing op het display van de pomp. U mag uitslui- tend de batterij uit de Wilo-catalogus voor reserveonderdelen gebruiken! Meer in- formatie over recycling onder www.wilo‑recycling.com.
DECLARATION OF CONFORMITY KONFORMITÄTSERKLÄRUNG DECLARATION DE CONFORMITE We, the manufacturer, declare under our sole Stratos GIGA2.0-I .../...-.../... responsability that the pump types of the series, Stratos GIGA2.0-D .../...-.../... Als Hersteller erklären wir unter unserer alleinigen Verantwortung, da die Pumpenbauarten der Baureihen, Nous, fabricant, déclarons sous notre seule...
Pagina 144
AE/EC DEARBHÚ COMHLÍONTA WILO SE vakuuttaa, että tässä vakuutuksessa kuvatut tuotteet ovat WILO SE ndearbhaíonn an cur síos ar na táirgí atá i ráiteas seo, siad i seuraavien eurooppalaisten direktiivien määräysten sekä niihin gcomhréir leis na forálacha atá sna treoracha seo a leanas na hEorpa agus sovellettavien kansallisten lakiasetusten mukaisia: leis na dlíthe náisiúnta is infheidhme orthu:...
Pagina 145
EU/ES-IZJAVA O SKLADNOSTI WILO SE estne prehlasuje, že výrobky ktoré sú predmetom tejto WILO SE izjavlja, da so izdelki, navedeni v tej izjavi, v skladu z dolo ili deklarácie, sú v súlade s požiadavkami nasledujúcich európskych direktív a naslednjih evropskih direktiv in z nacionalnimi zakonodajami, ki jih odpovedajúcich národných legislatívnych predpisov:...
Local contact at www.wilo.com/contact WILO SE Wilopark 1 44263 Dortmund Germany T +49 (0)231 4102-0 F +49 (0)231 4102-7363 wilo@wilo.com Pioneering for You www.wilo.com...