9. Bevestig de invoer door op het groene vinkje te drukken.
O 2-puntsafstelling van een 3-elektrode potentiostaat voltooid.
9.4.4 chlooroverschot-meetcel CS120
AANWIJZING
Incorrecte afstelling
Als u de afstelling niet in de hier aangegeven volgorde uitvoert, kan
deze foutief zijn en dus tot meetfouten leiden.
u Het is van het grootste belang de volgorde van de actiestappen
in acht te nemen.
9.4.4.1 Afstellen chloormeetcel CS120 (2-elektrode meetcel)
met 2 punten
ü Er ligt een meetinstrument klaar om de DPD-waarde te bepalen.
ü Voor de meetcel wordt meetwater gebruikt.
1. Ga in
M e n u 1
onder
A f s t e l l i n g
r e n
.
2. Selecteer de ingang die u wilt afstellen.
3. Druk op de toets
2 P u n t
.
9 Er wordt begonnen met de 2-puntsafstelling.
4. U wordt gevraagd om de eerste referentiewaarde in te stellen.
Dit is het nulpunt. Indien het nulpunt per ongeluk werd verzet,
moet het opnieuw worden ingesteld. Hiervoor moet de meetcel
worden voorzien van chloorvrij water. Als alternatief kan het
meetwater worden uitgeschakeld totdat de potentiaal in de
meetcel in evenwicht is. Deze waarde kan worden gebruikt als
nulpunt.
5. Bevestig de invoer door op het groene vinkje te drukken.
6. Sluit de meetcel weer aan of zet het meetwater weer aan. Wacht
tot de µA-waarde weer is toegenomen.
7. Haal meetwater uit de directe omgeving van de meetcel en be-
vestig dit door op
O K
te drukken. Daardoor wordt het actuele
signaal voor het tijdstip waarop het meetwater is afgetapt opge-
slagen om signaalschommelingen tijdens het bepalen van de
DPD-waarde als meetfout uit te sluiten.
8. Bepaal de concentratie in het meetwater met de DPD-methode.
9. Voer de vooraf bepaalde DPD-waarde in.
10. Bevestig de invoer door op het groene vinkje te drukken.
O 2-puntsafstelling van de CS120 is afgesloten.
9.4.5 geleidbaarheid conductief
Bij het opnieuw instellen van de geleidbaarheidsmeting wordt de
steilheid van de conductieve meetelektrode bepaald in combinatie
met de ingangsversterker van de TOPAX
de conductieve geleidbaarheidscel gemeten waarde (mA) van de ge-
leidbaarheid (mS/cm of µS/cm) toegewezen en deze wordt dan in het
hoofdmenu weergegeven. Dit gebeurt via twee punten. Het eerste
naar het tabblad
S e n s o -
®
MC. Hierbij wordt de met
punt bij 0 mA komt overeen met 0 mS/cm en is elektrisch vooraf be-
paald. Dit vereist dus geen actie, dus de gebruikelijke procedure is
een 1-punts afstelling, zo dicht mogelijk bij het setpoint.
INFORMATIE
De eenheid is als regel mS/cm of μS/cm. Door plaatsgebrek wordt in
de TOPAX
®
MC deels slechts mS of μS weergegeven; % zoutgehalte is
ook een mogelijkheid. Afhankelijk van de samenstelling van het
meetwater, bijv. NaCl en KCl, kan het weergegeven % zoutgehalte af-
wijken (de relatie is ook niet lineair). De weergave van het % zoutge-
halte is bedoeld voor zwembaden met in-line elektrolyse. Grofweg
kan worden aangenomen dat 20 mS/cm overeenkomt met ongeveer
~1% zoutgehalte NaCl.
INFORMATIE
Metingen in het middelste en bovenste meetbereik hebben bij een
juiste afstelling een afwijking van ±1 % op de meetbereikeindwaarde.
Metingen tegen het nulpunt hebben vanwege het elektronisch ont-
werp een grotere tolerantie. Vandaar dat de geleidbaarheidsmeting
wel geschikt is voor leidingwater, maar niet voor toepassingen met
gedemineraliseerd water (bijv. omkeerosmose-installaties).
9.4.5.1 Pas geleidbaarheid aan met 1 punt
Gebruik bij het afstellen alleen KCI-bufferoplossingen (kaliumchlori-
de) voor de verschillende meetbereiken volgens de volgende opstel-
ling:
Meetbereik
0 – 2000 μS/cm
0 – 20 mS/cm
0 – 100 mS/cm
Tab. 40: 1-puntsafstelling van de geleidbaarheid
ü Een bufferoplossing die overeenkomt met het meetbereik is
aanwezig en heeft de vermelde temperatuur
ü Benodigde middelen
bij de hand: een schone doek
@
1. Ga in
M e n u 1
onder
A f s t e l l i n g
r e n
.
2. Selecteer de ingang die de geleidbaarheid meet en die u wilt af-
stellen.
3. Druk op de toets
1 P u n t
.
9 Er wordt begonnen met de 1-puntsafstelling.
4. Draai het meetwater af.
5. Schroef de geleidbaarheidscel uit de betreffende meetcelbehui-
zing.
6. Droog de elektrode met de doek af om de bufferoplossing niet
te verdunnen.
7. Houd de geleidbaarheidsmeetcel in de bufferoplossing en
zwenk deze kort.
8. Voer de waarde in die op de bufferoplossing staat. U krijgt nu de
actueel gemeten stroomwaarde en ingegeven waarde te zien.
9 | Bedrijfsvoering
Bufferoplossing
1000 μS/cm = 1 mS/cm
12,88 mS/cm
80 of 100 mS/cm
naar het tabblad
S e n s o -
43