Mechanische installatie
4
Klemmenkast
42
Technische handleiding – Draaistroommotoren
WAARSCHUWING
Elektrische schok door beschadigde kabels.
Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel.
•
Let er tijdens het plaatsen van de onderbouw van de klemmenkast of het klem-
menbord op dat de kabels niet ingeklemd, bekneld of verdraaid worden.
•
Gebruik geen scherpe of puntige voorwerpen voor het uitlijnen van de kabels
(bijv. een schroevendraaier).
•
Voer een isolatiecontrole uit nadat de montage met succes is uitgevoerd. Dit om
er zeker van te zijn dat de kabels niet beschadigd zijn. Zie het hoofdstuk "Voor-
bereiding na een langere opslag" (→ 2 31).
•
Zorg voor een correcte volgorde van de kleine aansluitonderdelen.
7. Onderbouw van de klemmenkast met een van de volgende aanhaalmomenten
vastdraaien:
•
Motoren DR..71 – 132, DRN71 – 132S, DR2..71– 80: 5 Nm
•
Motoren DR..160 – 225, DRN132M – 225: 27.3 Nm
•
Motoren DR..250 – 315, DRN250 – 315: 54 Nm
Indien aanwezig, bevestigingsplaat [c] niet vergeten!
8. Klemmenkastdeksel met een van de volgende aanhaalmomenten vastdraaien:
•
Motoren DR..71 – 132, DRN63 – 132S, DR2..63 – 80: 4 Nm
•
Motoren DR..160 – 225, DRN132M/L– 225 (aluminium uitvoering): 11.3 Nm
•
Motoren DR..160 – 225, DRN132M/L– 225 (gietijzeren uitvoering): 27.3 Nm
•
Motoren DR..250 – 315, DRN250 – 315: 54 Nm
Let erop dat de afdichting goed zit.