Inbedrijfstelling
6
Voorwaarden
6.2
Voorwaarden
44
Technische handleiding – MOVIFIT
WAARSCHUWING
Gevaar voor verbranding door hete oppervlakken van het apparaat (bijv. het koelli-
chaam).
Zwaar letsel.
•
Raak het apparaat pas aan als het voldoende is afgekoeld.
LET OP
Gevaar door vlambogen.
Beschadiging van elektrische onderdelen.
•
Koppel de vermogensaansluitingen tijdens het bedrijf niet los en steek de vermo-
gensaansluitingen tijdens het bedrijf niet erop.
•
Haal de EBOX er nooit tijdens het bedrijf af.
AANWIJZING
Bij de inbedrijfstelling en instellen van de parameters worden de geschreven parame-
ters niet-vluchtig (bijv. in een EEPROM) opgeslagen. Geheugenmodules laten echter
slechts een beperkt aantal schrijfcycli toe.
•
Zorg er daarom voor, dat de schrijftoegang tot parameters niet cyclisch plaats-
vindt.
Voor de inbedrijfstelling gelden de onderstaande voorwaarden:
®
•
Het MOVIMOT
compact-apparaat is mechanisch en elektrisch volgens de voor-
schriften geïnstalleerd.
•
Desbetreffende veiligheidsmaatregelen voorkomen dat de aandrijvingen onbe-
doeld gaan draaien.
•
Door desbetreffende veiligheidsmaatregelen is ervoor gezorgd dat er geen geva-
ren voor mens en machine kunnen optreden.
Voor de inbedrijfstelling en instellen van de parameters van de MOVIFIT
gelaar moet de volgende hardware aanwezig zijn:
•
Bedieningsapparaat MBBG11A, zie hoofdstuk "Aansluiting van bedieningsappa-
raat MBBG11A"
•
of PC/laptop, zie hoofdstuk "Aansluiting PC/laptop"
Voor de inbedrijfstelling en instellen van de parameters van de MOVIFIT
gelaar moet de volgende software op de PC of laptop zijn geïnstalleerd:
®
•
MOVITOOLS
MotionStudio vanaf versie 6.2
®
compact
®
compact-re-
®
compact-re-