10
Woordenlijst
Begrip
DHCP
TCP
UDP
IP
IP-adres
Subnet-
masker
Standaard-
gateway
Client
Server
Broadcast
Patchkabel
Cross-
overkabel
STP
UTP
®
Handboek – MOVIDRIVE
Betekenis
Dynamic Host Configuration Protocol.
Hiermee kunnen een IP-adres en andere configuratieparameters met behulp van een
server aan automatiseringscomponenten in een netwerk worden toegewezen.
Transmission Control Protocol.
Bevestigd, op verbinding gericht transportprotocol.
User Datagram Protocol.
Onbevestigd transportprotocol zonder verbinding.
Internet Protocol.
Protocol voor de data-overdracht via internet.
Een IP-adres bestaat uit 32 bits die voor de overzichtelijkheid in vier zogenaamde octetten
van elk 8 bits zijn onderverdeeld. Deze waarden worden door vier decimale getallen weer-
gegeven die door punten van elkaar worden gescheiden, bijvoorbeeld "192.168.1.1". Een
IP-adres is onderverdeeld in een netwerkdeel (net-ID) en een knooppuntadres (host-ID)
Het subnetmasker bepaalt welk deel van het IP-adres wordt gebruikt voor de adressering
van het netwerk en welk deel wordt gebruikt voor de adressering van een deelnemer
(host). Alle bits in het subnetmasker die op 1 zijn ingesteld, vertegenwoordigen het net-
werkdeel (net-ID); alle bits die op 0 zijn ingesteld het knooppuntadres (host-ID). In een
klasse-B-netwerk is het subnetmasker bijvoorbeeld 255.255.0.0, d.w.z. de eerste twee
bytes van het IP-adres duiden het netwerk aan.
IP-adres van de deelnemer in het subnetwerk die de verbinding met andere netwerken
maakt.
Toepassing die instructies van een andere computer gebruikt.
Voorbeeld: een besturing gebruikt een instructie van de optie DFE13B voor de cyclische
uitwisseling van data.
Toepassing op een computer die andere computers instructies aanbiedt.
Voorbeeld: de optie DFE13B geeft een besturing de instructie voor de cyclische uitwisse-
ling van procesdata.
Broadcast (zending) is een overdracht aan alle deelnemers binnen een distributielijst of
netwerk.
Netwerkkabel voor de verbinding van eindapparatuur (bijvoorbeeld MOVIDRIVE
MDX61B met optie DFE13B) met netwerkinfrastructuurcomponenten (bijvoorbeeld switch).
De kabels voor RX en TX tussen eindapparatuur en netwerkcomponenten (bijvoorbeeld
switch) zijn 1:1 verbonden.
Netwerkkabel voor de onderlinge verbinding van eindapparatuur (bijvoorbeeld tussen
®
MOVIDRIVE
MDX61B met optie DFE13B en een pc).
Shielded Twisted Pair. Afgeschermde paarsgewijs getwiste kabel.
Unshielded Twisted Pair. Niet-afgeschermde paarsgewijs getwiste kabel.
MDX61B-veldbusinterface DFE13B EtherNet/IP
Woordenlijst
Optie DFE13B
10
®
53