5.1 Het apparaat aan- en
uitzetten
1.
Draai de knop voor de ovenfuncties
naar een ovenfunctie.
5.2 Ovenfuncties
Ovenfunctie
Uit-stand
Snelverhitting
Multi hetelucht
Pizza hetelucht
Boven + on-
derwarmte
Onderwarmte
Ontdooien
Grill
Circulatiegrill
Multi hetelucht
+ stoom
Pyrolyse
5.3 Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de
opwarmtijd.
1.
Stel de functie Snel opwarmen in.
Zie de ovenfunctietabel.
2.
Draai de knop voor de temperatuur
op
/
om de temperatuur in te
stellen.
2.
3.
Het apparaat staat uit.
Om de opwarmtijd te verkorten.
Voor het braden of braden en bakken van gerechten
waarvoor dezelfde bereidingstemperatuur nodig is,
op meer dan één roosterhoogte, zonder dat er sma-
ken worden overgebracht van het ene naar het ande-
Om pizza, quiche of taart te maken.
Bakken en braden op 1 ovenniveau. De bovenste en
onderste verwarmingselementen worden tezelfdertijd
Voor het bakken van taarten met een knapperige bo-
dem. Alleen het onderste verwarmingselement is in
Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Voor het grillen van platte gerechten in kleine hoe-
veelheden in het midden van het rooster. Voor het
Voor het bakken van grote stukken vlees. Het grillele-
ment en de ventilator van de oven werken samen, zo-
dat de hetelucht rond de gerechten circuleert.
Om gerechten te stomen.
Automatische pyrolytische schoonmaakfunctie van de
oven. Hierdoor worden vuilresten in de oven ver-
brand. De oven wordt verwarmd tot ca. 500 °C.
3.
4.
Draai de knop voor de temperatuur
om de temperatuur in te stellen.
Draai, om het apparaat uit te scha-
kelen, de functieknop van de oven
op de uitstand.
Applicatie
re gerecht.
ingeschakeld.
werking.
maken van toast.
Wanneer het apparaat op de inge-
stelde temperatuur is, hoort u een
geluidssignaal.
De Snel opwarmenfunctie scha-
kelt niet uit na het geluidssig-
naal. U moet de functie handma-
tig uitschakelen.
Ovenfunctie instellen.
NEDERLANDS
9